476

De molon bacterie die razendsnel vuurspuwt en zichzelf oplaad, wat een heel groot systeem is, is de top van deze paraplu. Het is het Engelse wereldrijk, maar tegelijkertijd wordt hier ook zoveel opgesloten gehouden. Wat ze gemaakt hebben is het leven niet, maar het leven zit er wel in verborgen, wat dus ook zo in het christendom zit. Het is het leven niet, maar het leven zit er wel in opgesloten. Daarom gooien we het christendom niet zomaar geheel weg. Het is een bepaalde taal, maar de betekenissen moeten nog komen. De taal wordt verkeerd gebruikt en verkeerd uitgelegd. Dat is het probleem. Dan moet je je voorstellen : iemand op een lange, eenzame weg door het bos, zeer koud, bijna hopeloos, en alles waarmee ze opgroeien, hun enige vocabulaire is die van het christendom, waarvan je ook niet mag afwijken, want je staat op die weg onder zware bedreiging van de eeuwige hel. Dan gaat het er niet meer om wat iemand voor taal spreekt, maar wat de taal van zijn hart is. Zomaar plat alle christenen veroordelen omdat ze christen zijn is materialistisch. Wij groeiden zelf ook op die manier christelijk op, terwijl ons hart toch altijd zoekende was, en we gewoon roeiden met de riemen die we hebben. Het is ook een soort Stockholm syndroom dat je niet anders kan, maar de gnosis hoort je dan toch, omdat je hart het uitroept naar diepte. Dus iemand roept het uit tot Jezus, so what ? Dat is misschien het enige woord wat hij kent en mag gebruiken. Matthew Henry (1662-1714) schreef in zijn bijbelcommentaar over Openbaring dat Jezus eigenlijk gewoon het punt is waarop God gepersonificeerd wordt, oftewel 'vlees wordt', wat dus eigenlijk gewoon een principe is van de gnosis. Ook noemt hij Jezus als een getuige van God, dus eigenlijk hebben we het dan over het toetsen. Het moet iets persoonlijks zijn, dus om Jezus zomaar als projectie object te gebruiken is sowieso al onzin. Het is iets wat we zelf moeten ondergaan. De zeven geesten in Openbaring worden door MH beschreven als de karakter eigenschappen van de natuur van God, dus ook gewoon principes. Hij stelt terecht dat de mens niet alleen ijverig moet zijn, maar ook lijdzaam, en dat dit weer aan het Jezus principe is verbonden. Hij stelt dat de werkers grote lijdzaamheid moeten hebben met geduld, dus wachtende lijdzaamheid, zodat de wil van God volbracht kan worden en zij het woord kunnen horen. Dit houdt ook verdraagzame lijdzaamheid in om de beledigingen te verdragen. Er kan met het christendom, met de symboliek ervan, veel worden uitgelegd, zoals we vroeger vaak hebben gedaan en dit nog steeds doen, maar dit is een smal pad. MH stelt dat de werkers in het werk en op de weg op moeilijkheden stuiten, maar dat de lijdzaamheid de werkers zo voort kan laten gaan en alles goed kan laten voleindigen. Hij stelt er terecht wel bij dat dit niet betekent dat we zomaar de zonden moeten aanvaarden, maar dat we tegen de zonden moeten strijden. We moeten hierin een grote ijver hebben om de zonden aan de kaak te stellen, zoals ook ons artikel 'De Kracht van God's Tranen' uit 1994 stelt : 'We moeten weten om welke Liefde het gaat: 1. De mede-strijdende liefde 'Hieraan hebben wij de Liefde leren kennen, dat Hij zijn leven voor ons heeft ingezet; ook wij behoren dan voor de broeders ons leven in te zetten'. (1 Joh. 4:16) 2. De mede-lijdende liefde

477 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication