Wat betekent dit ? Vermeer stelt : 'O, wat behoorde de dienst van God in geest en waarheid in u, als staande geheel tegenover al dat vleselijke, een glans van zich te verspreiden. En wat behoorden de lichamelijke oefeningen van het pausdom door Gods volk op een geestelijke wijze en in waarheid te geschieden.' Ze zien het dus al in zichzelf. Het vlees is gedoemd om telkens weer de gnosis te zien, maar dan op een vleselijke manier, die heenwijst naar het geestelijke. De code zit er al in, en het is de code van een atoombom. Ze hebben het al in de hand en lopen er overal mee rond, en het tikt. Dat wat achter het avondmaal steekt, stelt Vermeer, is 'versterking van het geestelijke leven. O, wat zou dat Gods volk sterk en sierlijk maken.' Het gaat om de gnosis die erachter ligt. Wij moeten er door opgenomen worden, en zo komt het telkens terug. Het is de donder en bliksem die we zo nu en dan in de natuur zien, al dan niet gepaard met veel regen. Vermeer stelt dat wij ontdekkers behoren te zijn, en dat we daarin de ongeestelijkheid van de kerk onder ogen moeten komen. Juist daarin valt zoveel te ontdekken, omdat ze zoveel versluierd hebben, achtergehouden hebben. Vermeer stelt dat dit bepaalde kloppingen zijn van de natuur die wij moeten volgen, kloppingen van de geestelijke natuur die erachter liggen. Wij behoren deze kloppingen te koesteren en aan te kweken. Vermeer stelde dat Jezus daarom moest weggaan om zo de Geest (oftewel de gnosis, de hogere informatie) te zenden. Het gaat niet om Jezus. Jezus wijst ergens naartoe. Als een mens Jezus volgt wil dat ook zeggen dat Jezus zelf iets volgt, en dat is in zijn eigen woorden de gnosis. Jezus is niets in zichzelf. Vermeer stelt : 'En ook om er naar te staan veel medelijden te oefenen met onbekeerden en paapsgezinden. Om niet hard van hart te zijn als men hen het brood der kinderen ziet roven. En ook niet tegen het pausdom. Die arme mensen zijn er ongelukkig genoeg aan toe. God heeft hen vast overgegeven aan een kracht der dwaling, om de leugen te geloven (2 Thess. 2:11). En menigeen onder de zogenaamde gereformeerden heeft die leugen ook in zijn rechterhand en gaat daarmede ten Avondmaal. Hij is als die hoer (Ezech. 16:32), die in plaats van haar man de vreemde aanneemt.' Aan het einde van zijn commentaar op zondag 29 stelt hij : 'Ook is de weg om daartoe te komen tenslotte ook veel te zuchten om de verbreking van de antichrist (anti-gnosis, anti-kruis). Dat zijn zinken mocht worden verhaast. En dat in die weg van zijn laatste val die belofte vervuld mocht worden.'
94 Online Touch Home