In de zesde lijn zien we dat er niemand wordt gevonden die alles bij elkaar houdt. We zien hier de mens naar contact zoeken, terwijl hij de eerste stap aan zijn laars lapt. Het zal niet slagen. De mens moet eerst terug naar het begin. In de negende hexagram, in de eerste lijn, moet de mens terugkeren tot het pad. In de tweede lijn zien we dat ook het padook de mens tegemoet komt en meeneemt. Verder in dit hexagram zien we de afscheiding tussen mensen. De mensen zijn te gevaarlijk voor elkaar. De mens moet terugkeren tot de bron. De kar die ze samen bereden is ook gebroken. Dit is de derde lijn, die langzaam zijn macht moet overgeven aan de vierde lijn. De vierde lijn is het terugdringen van het overmatige geweld (ninja overmoed). De vijfde lijn is de lijn van dienaren. De koninklijke mens breidt het gebied uit. De zesde lijn is het einde van de mens. De mens is niet teruggegaan tot de kinderlijke dwaasheid, maar heeft de middelen tot voorwerp van verering gemaakt en is hierdoor trots geworden. Nu is het tijd voor de mens om tot de stilte te gaan, tot de vergetelheid. De tiende hexagram is die van het betreden. Standvastigheid brengt gevaar. Voorzichtigheid is veel belangrijker. Dit gebeurt juist door de afzondering, waardoor er beter overzicht ontstaat en inzicht. Deze hexagram is observerend. Het is de strijd tegen een tijger. Of het doel van I-Tjing bereikt wordt hangt af van iemands relatie met de tiende hieroglyph van de I-Tjing. Hierbij staat of valt alles. De derde lijn is de goddelijke verlamdheid, als de heilige slaap. De zesde lijn is de terugblik, aan het einde van het betreden, de herinnering. Dit is om te toetsen en om tot dieper inzicht en overzicht te komen, tot diepere verbindingen, om grotere verbanden te zien. Ook de achtentwintigste hieroglyph van de I tjing is belangrijk. De mens probeert door geweld dingen op te lossen, maar het leidt tot nergens. De mens is agressief, maar hij kan geen ijzer met handen breken. De mens moet tot inzicht komen, tot de kern. In het Chinees wordt dit 'Soen' genoemd, de heilige zwakheid. Dit komt terug in het Engels als 'Son', Nederlands : Zoon, als de weg van het kruis, de heilige zwakheid leidende tot ware sterkte en overwinning, namelijk 'inzicht'. De ware sterkte is dus de wijsheid door de heilige zwakheid, die een alertheid is en een gevoeligheid. Dit is ook wat het woord 'sterkte' betekent in de oude talen. Het is een heel diep, poetisch woord. De SN komt in de islam terug als de SOENNA, de traditie, en de soennieten, de grootste stroming binnen de islam. Zij zijn de volgelingen van Aboe Bakr, die zij zien als de eerste kalief (opvolger van Mohammed). Aboe BAKR wijst op BAKROE, de Surinaamse oorlogsgodin. Aan Aboe Bakr (Bakroe) was de esoterische leer van de islam gegeven die door hem werd doorgegeven. Onder deze druk leert de mens voorzichtigheid in de eerste lijn. De mens heeft een dubbele wond. De mens komt zo tot inzicht. Ook is dit een beeld van de opvoeding. De negentiende hieroglyph van de I-Tjing is de Toenadering, de L-N. Deze hieroglyph is het groeien, maar in deze hieroglyph, in de achtste maand, zal het instorten. Zo zal degene die groter is geworden, gegroeid is, niet tot een monopolistische status komen. De krachten moeten namelijk eerlijk verdeeld worden. Degene die toenadert is dan ook naar binnen gericht. Telkens weer zal er
102 Online Touch Home