In de tweede bijbelse mythologie ging Adam op het rode paard van Ezau dieper de wildernissen van het paradijs in om het te doorvorsen, te doorzoeken, om te gaan tot het verborgene, het vergetene en het verlorene, ja, zelfs tot buiten het paradijs, waartoe hij van de vrucht van Eva nam. Dit was het oorspronkelijke pad van de gnostiek, maar het christendom heeft het gedemoniseerd. Calvijn plunderde de schatten van Adam en Ezau en diende het aan de kerk op met een christelijk sausje, anders zou niemand ervan nemen. Calvijn verzoette de boodschap niet. Integendeel. Hij verbitterde het. Vaak wat nogal krom wordt opgeschreven in de orthodoxie kan weer rechtgezet worden door de exegese, oftewel door commentaren die een vast pad kunnen laten zien door deze wildernissen, als een gids, een leidraad. Zij die ziek zijn geworden van de protserigheid en huichelarij, de orthodoxe roekeloosheid en botte onvoorzichtigheid van de overigens suikerzoete evangelische beweging mogen dan weer een schuilplaats vinden in het calvinisme nu Calvijn er zelf niet meer is. Het spul is allang van gedegen commentaar voorzien zodat de mens niet meer in de valstrikken van deze beweging hoeft te vallen. Het is opgesteld als de benodigde oerchaos, en zeker is het zo dat twijfel een mens voor vele zonden kan behoeden. Ware studenten blijven twijfelen en zoeken totdat deze twijfel rijp is geworden. Heb dan geen oogst voordat het rijp is, anders val je in de klauwen van de stadse suikerfeesten die de mens vergiftigen en meesleuren op een dwaalspoor. Het zijn verhalen. Deze realiteiten zijn neergezet opdat de eenling er iets van kan leren. Ik groeide op in zware orthodoxe gebondenheid, dus ik had de wat vrijere groepen nodig om wat balans te brengen, maar toen ben ik als medicijn nog dieper gegaan dan mijn al hele zware opvoeding, eigenlijk tot de nog zwaardere gebondenheid van mijn vriendjes en vriendinnetjes van vroeger die om ons heen woonden, de gebondenheid van Calvijn. De weg eruit is altijd dieper, zoals een tweede bijbels gezegde stelt, wat ook in mijn leven waar is gebleken. Alles verandert in de diepte. Alles krijgt nieuwe betekenis, en er gaat dan een zee en natuur van kennis voor de mens open. Kan Calvijn nieuwe betekenis krijgen in deze dagen ? Ja, het kan. En het moet. De mens is te diep afgedwaald in de stad, te roekeloos geworden. De mens zit geheel onder de giftige suiker, en daardoor zijn zijn zintuigen verdwaasd geraakt. Dan is het tijd voor de mens om weer terug te keren tot de bakker, want die kent alle ingredienten, en de juiste verhoudingen, en alle kook-regelementen voor zijn wonderbare kookkunst. Niets wordt te heet opgediend, en niets te koud, niets te vroeg en niets te laat. De bakker kent zijn tijd. Hij weet waar alles staat, waar hij alles kan krijgen wat hij nodig heeft. Hij kent de tovenaars die hiervoor nodig zijn. Hij heeft als doel gesteld, de mens te behoeden tegen het grote kwaad van overmatig eten, teveel nemen van het goede. Overdaad schaadt.
20 Online Touch Home