294

de boot van Ra langsgaat. In het christendom werden dit de twaalf discipelen van Jezus. Zij vertegenwoordigen ook de twaalf uren, de twaalf seizoenen. De poel des vuurs is om te toetsen, iets waar ieder mens doorheen moet. Alles moet namelijk getoetst worden. Ook komt de mens op de boot in de poel des vuurs andere boten tegen, zoals besproken wordt in het Amduat-boek. In de poel des vuurs lopen namelijk alle dimensies over, en ontwikkel je de zintuigen van de gnosis. Hoofdstuk 11. De Verloren Paradijselijke Hersenklier De mens die zichzelf had opgeofferd voor de gnosis werd door Ra in het eerste uur van de nacht verborgen voor hen die op de aarde woonden. Deze mens werd verborgen in de woestijn, en aan deze mens wordt het oog van Ra gegeven, het oog van visioenen, van visie en een dieper inzicht. Zij die in de woestijn zijn moeten hier leren de anderen in de woestijn te belonen, en zij worden zelf ook beloond in het eerste uur, en hier ontvangen zij hun kronen. Natuurlijk is de kroon metaforisch. Het is zeker niet het oppervlakkige wat vandaag de dag in het Westen over de kroon wordt geleerd. In Abydos was er het haker-feest, het vastenfeest, de Egyptische Ramadan, om de opstanding van Osiris en de overwinning over zijn vijanden te vieren. HAKAR is in het boek der poorten een godin of groep godinnen die rondom het altaar of de tabernakel staat, als een beeld van de kroon, de hoofdtooi. In de Aramees-Hebreeuwse talen is de kroon een schedel of kop van een verslagen demoon, als een beloning, een trofee. HAKAR komt in het OT voor als HAGAR, de moeder van Ismael. Hakar wijst ook op de AKER, de dubbele Egyptische wachter van de onderwereld met de twee leeuwenhoofden, als een beeld van de dubbele moeder, de vrouwelijke vruchtbaarheid. De kroon is in het Hebreeuws-Aramees een cyclus, als het sieraad van de uren. De kroon brengt tot knielen in de Hebreeuwse wortels (qodqod-qadad). In de kroon zijn dus alle uren van de nacht vastgelegd, waardoor de mens door de uren kan gaan om tot de diepere gnosis te komen. De kroon is een teken van overgave, van zelf-opoffering, het begin van de tocht, niet het einde. In het eerste uur van de nacht wordt de kroon ook voorgesteld als de nek, of een halsketting. In ieder geval komt de verberging in de woestijn terug in het Mozes verhaal in het OT, en in Openbaring in het NT : 12:4-6 - En de draak stond voor de vrouw, die baren zou, om, zodra zij haar kind gebaard had, dit te verslinden. En zij baarde een zoon, een mannelijk wezen, dat alle heidenen zal hoeden met een ijzeren staf; en haar kind werd plotseling weggevoerd naar God en zijn troon. En de vrouw vluchtte naar de woestijn, waar zij een plaats heeft, door God bereid, opdat zij daar twaalfhonderd zestig

295 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication