109

jongens moesten werken. De mens kwam hier in na de zondeval, als een put met vele van zulke mijnschachten, als een groot stelsel van slavernij. 28. Hier moest de mens zwoegen. Zij beefden, waren onstabiel, en moesten daar rondzwerven. Uit dit deel van de onderwereld komt vlees voort. 29. Job was zoekende naar de tafel van God, goddelijke wezens, de plaats van de jachtmaaltijd in het Aramees. 30. Hij was zoekende naar de plaats waar hij zou worden klaar gemaakt voor de oorlog en de jacht, voor het oprichten van de wet en het recht. Het is de plaats waar zijn mond wordt gevuld met bestraffing en kastijding. 31. Op deze plaats zou Job in staat zijn God's woorden te horen en gehoorzamen, waaruit profetische liederen zouden voortkomen. 32. Ervaring zou hem laten overwinnen. 33. Zijn voet zou een institutie oprichten als een pad. Dit is het pad van Job, van de Thummim. 34. Ook Job komt in aanraking met de klaagsteen, het stof van het paradijs. 109 35. Wanneer wij de heilige halsketting hebben ontvangen, het paradijselijke hart, dan zal dit ons terugleiden tot de grond van het paradijs, de aarde van het paradijs, het stof en het vuil van het paradijs waarin wij gevormd worden. 36. Alles kwam voort vanuit de stof van het paradijs, en ook zouden we daar weer naar terugkeren. 37. Dit is waar het pad van Job naartoe leidt. 38. God wilde hem terug brengen naar het stof van het paradijs. 39. In het Hebreeuws is Job bewapend met de stof van het paradijs. 40. Job werd geleid om neer te liggen, te slapen, in het stof van het paradijs. 41. Job moest vuil gemaakt worden, anders zou hij in de onderwereld geen wapens hebben. De vijand verslagen door het stof van het paradijs 42. Het stof van het paradijs brengt tot

110 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication