49. De hemelse vijandelijkheid is de toetser die vereeuwigd moet worden. 50. Wij moeten komen tot het eeuwige toetsen, de eeuwige onderscheiding, om zo te zijn in de geestelijke leerregels. 51. Dit gebeurt op het eeuwige Pniël, waar Jakob moest toetsen door te worstelen. 52. Dit is de eerste melk na de (weder)geboorte. 53. Het heeft geen zin om dat op anderen te gaan projecteren. De mens moet teruggaan tot zichzelf. Andere mensen zijn daar slechts een spiegeling van. 54. De mens heeft zich allerlei beelden gevormd van anderen, als afgoden of vooroordelen. Al deze zelfgemaakte beelden moet de mens loslaten en afleggen, om zo de woestijn in te gaan, het symbool van de onthechting, de leegte. In de diepte van de woestijn mag de mens zo komen tot de ware spiegelingen van de hemelse kennis, om dit pad te volgen, om zo te komen tot de hemelse zee in de eeuwige woestijn. 55. Habakuk leed aan ernstige profetische visioenen van geweld, en aan woede539 uitbarstingen ten gevolge hiervan. Alhoewel deze visioenen en uitbarstingen heel erg zijn is het ook een orakel. 56. De vijand is een van nature neutraal en dualistisch woord voor strijder. Dit is dus een metafoor voor de toetser. Ieder mens is opgeroepen om te toetsen en het goede te behouden, niet om een blinde gelover of navolger te zijn. 57. Die toets moet zo diep gaan tot het eeuwige touw, anders kan er nog inmeng zijn van de lagere aardse gewesten, de lagere wil. 58. De toets is er dus voor om tot de hemelse wil te komen, die gebaseerd is op de oneindige kennis. 59. De tegenstander betekent de triomf, de overwinning. En deze overwinning over de lagere wil herschept alles. 60. Ook onze boosheid moet getoetst worden. Er mag alleen boosheid zijn in de hemelse kennis, in de hemelse gebondenheid, niet zelfzucht of vooroordelen. 61. De boosheid moet dus nauwkeurig gericht worden en zijn rechtmatige plaats krijgen. in overmoed,
2050 Online Touch Home