1031

tussen zijn muren worden verpletterd, waar hij ademt, levend van de dood ? 2. En ik zag een leeuwenhart opkomen uit de zee van ijs, om de aardbodem te vervullen en in te nemen. Ben ik bang voor dit grote hart, waar zielen tussen zijn muren worden verpletterd, waar het ademt, levend van de dood ? 3. En ik zag een moederhart, met moedersmart, zoekend naar haar kind, maar het was niet meer. Ben ik bang voor het moederhart, het berenhart, verslindende alles in haar woede, waar zielen tussen haar muren worden verpletterd, waar zij ademt, levend van de dood ? 4. En ik zag een nog groter beest opkomen uit de zee van ijs, om het moederhart te verslinden. En kou kwam over de aarde. Ben ik bang als het moederhart en het hart van het kind niet meer bestaan ? En ik zag een grote witte schare, voortgedreven door de wind, terwijl er wolven uit het hart van de aarde kwamen om hen te verscheuren. 5. En deze dagen werden genoemd het Grote Amerika. En ik viel op mijn knieen en het Woord hief mij op, en bracht mij tot een oude schuur waar het Eeuwig Voedsel zich bevond. En toen sprak het Woord : Eet, opdat gij de visioenen aanschouwt die u inzicht zullen geven over het laatste der dagen. 6. En toen ik van het voedsel at, begon mijn buik te steken als door de hitte, maar mijn benen werden zoet als honing. Het Woord sprak : Komt dan op, dan zullen wij tezamen tot de deur der Late Dagen gaan. Het gezicht van het nijlpaard en de zwermen vliegen 7. En ik zag een deur geopend en de Geest hief mij op. En ik zag het Grote Amerika als een nijlpaard zitten aan vele wateren. En de Ziel van het Woord kwam tot mij en raakte mij aan, zeggende : Vele 1031 gruwelen zijn tot dit land gekomen, en vele gruwelen zijn van dit land uitgegaan. 8. En ik zag zwermen met vliegen komen om het nijlpaard te verslinden. En de Ziel van het Woord sprak : Veel vlees heeft dit volk gegeten, en velen hebben van haar vlees gegeten. Het gezicht van de schapen 9. En ik zag een veld met mannelijke schapen die horens hadden, en zij heersten met geweld en onderdrukking over kleinere schapen met horens. En de grotere schapen ramden hun horens in de hoofden van de kleinere schapen, telkens weer. 10. En ziet, de kleinere schapen waren vrouwelijk. En er kwam een wind over het veld om de kleinere schapen op te nemen, en een van de kleinere schapen begon met haar horens in de hoofden van de grotere schapen te rammen terwijl zij werd opgenomen door de wind. De gezichten van de kleine jongen en het strand 11. En een afgezant sprak : Ontzegel mij nu het boek der zeeen. En een kleine jongen kwam en riep tot de balkonnen, en die begonnen in te storten. En zie, ik zag grote arena’s die begonnen in te storten, grote tribunes. Dit waren de dagen van het oude woord. 12. En zie, het oude woord was niet meer. En ik zag mensen op een groot strand, en zij glansten in het zonlicht, en zij waren zwaar gebruind. 13. En zij begonnen gymnastiek kunsten uit te oefenen op het strand, en zie, het strand begon hen op te slokken, en ik zag hen wegzakken in het zand. 11. Het herstel van Eva 1. En ik zag Odenlech zittende op de troon van David. En zij was gekomen vanuit de zee, en had

1032 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication