209

bedekken door hun rituelen, want ja, dit bloed bedekt, en maakt dom. 69. In de openingszin in het Aramees in de Psalm van de Buffeljacht moest de mannelijke vruchtbaarheid toegewijd worden aan Moeder God. Het hield de vruchtbaarheid van de oerkennis in. De mannelijke vruchtbaarheid zou de tongen van God voortbrengen. Vanuit de tongen van God zouden ze jacht kunnen maken op de buffels van het oervlees, boze geesten. De mannelijke vruchtbaarheid was dus ondergesteld aan Moeder God om succesvol te zijn. 70. Het moest toewijding brengen tot God. Er was toewijdings-kennis, waardoor Ahn was verbonden aan Moeder God. 71. In het Aramees waren deze principes ter voorbereiding van de buffeljacht tot een feest. De mannelijke vruchtbaarheid moest onder Moeder God gesteld worden, en aan haar toegewijd, door de toewijdings-kennis. De mannelijke vruchtbaarheid moest grootgemaakt worden onder Moeder God, want dit was een belangrijk jachts-item. De mannelijke vruchtbaarheid moest vervolgens Moeder God prijzen. In het Aramees was dit het feest ter voorbereiding op de buffeljacht. 72. Dit is de glorie van de oerkennis in het Hebreeuws, wat stond voor het hart, of de lever, de opslagplaats van de oerkennis. Letterlijk betekent het dat de mannelijke vruchtbaarheid wordt tot een hart en een lever, om zo contact te maken met Moeder God als toewijding, ter voorbereiding op de buffeljacht, om de mannelijke suprematie neer te halen. 73. De Ahnitische voorschriften gaan dan verder met het richten op de naam van Moeder God, als zijnde doorboringen, waartoe de hardwording zich moest richten. De aanbidding moest gebeuren in de Hadarah, wat betekent het is een publieke 209 aanbidding. De Hadarah is een wapenuitrusting, wat zijn wortels heeft in het zwellen, en dit was publiekelijk, als een daad van versieren, mooi maken, pronken. Dit gaat terug naar de paradijselijke situatie waarin Adam en Eva, of de twee paradijs-stammen, naakt waren en zich niet voor elkaar schaamden. 74. Het was een vruchtbaarheids-ritueel. De oude mens, de buffel van het oervlees, moest sterven, en de nieuwe mens moest opstaan. Deze opstanding werd gekenmerkt door het spreken in tongen, oftewel profetische uitingen. Deze vorm van vruchtbaarheid was gekoppeld aan openbaring, het binnengaan en uiten van de oerkennis. 75. Deze symboliek was belangrijk, omdat Ahn was omringd met boze geesten in veevorm die hem wilden misbruiken en exploiteren. Ahn moest leren wat de ware vruchtbaarheid was om hier tegen beveiligd te zijn. Hij moest leren waarvan de vruchtbaarheid een symbool was, komen tot de diepere betekenis. 76. De markt van Septus is misbruik en slavernij. Laten we daar heel duidelijk in zijn. Het is een criminele handel, waarbij je gedwongen wordt tot diepe afgoderij, anders zul je zwaar gestrafd worden. 77. De stem des Heeren is op de wateren. God kan ineens alles maken tot een lekker oppervlakkig symbool, waar dan de diepere kennis in is opgeslagen voor hen die daarin geinteresseerd zijn. Dit is in principe wat de taal van God doet. Het is een net van verschillende lagen. 78. Menselijke overleveringen en tradities hebben zich gematerialiseerd in gifvullingen, als merktekenen van het beest. Het buffel-bloed van boze geesten kan dit wegwassen. Dit is heel belangrijk. Als wij niet met de geestelijke buffeljacht beginnen zullen wij de menselijke overleveringen en tradities nooit overwinnen. Wij moeten ons rijkelijk baden in buffelbloed, vanwege

210 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication