432

komen, van de communicatie, het tot elkaar komen door de blokkades te ontcijferen. 13. Soms is het belangrijk in de geestelijke oorlog om een ander gezichtspunt aan te nemen, en zo eerst tot diepe innerlijke vrede te komen, en verzoening met de kennis. 14. Het sterven aan het ego gebeurt in het gevecht en zo houdt ook het gevecht op, opdat de mens opgenomen wordt, tot een hoger niveau. 15. Ook hier zijn weer gevechten en moet hetzelfde gebeuren. De mens moet leren over te gaan van vechten tot rangschikken. Het gevecht is niet materieel. De mens moet tot inzicht komen. Het gevecht is slechts een symbool. Het wijst ergens naartoe. 16. Het kwaad is alles wat de kennis tegengaat, als de dood. Zijn drie dochters zijn hebzucht, onverschilligheid en behaagzucht. Zij proberen de mens te verleiden tot materialisme, opdat hij niet tot ontwaking zal komen. 17. De nadruk moet liggen op de waakzaamheid die tot de diepte leidt. Een voorzichtig mens laat zich onderwijzen. Dwazen storten zich roekeloos overal in. 18. Door volharding wordt de mens hard als een steen tegen de verleidingen. Door volharding wordt de mens vereeuwigd. Als de mens voortijdig stopt zal de mens alles verliezen. Dit is slechts een spiegeling die zal wegvallen. Het is het overmoedige, onverschillige ego van de mens. Het ego is halfslachtig. Het gaat niet diep genoeg en volhard niet genoeg. 19. Onverschilligheid staakt de strijd voordat het daarvoor de tijd is. Als men dan toch met dit schort gaat rondlopen dan is het geroofd. 432 20. Het bevlekte schort is een teken van puurheid, want de mens laat zo zien dat hij hard aan zichzelf heeft gewerkt, en geen smetvrees heeft gehad in het gevecht met het ego. Zij die onverschillig zijn bevlekken zich niet. 21. Zij zitten op hun hoge gouden tronen, opdat er geen vlekje en stofje in hun buurt komt. Met gif vernietigen ze alles wat natuurlijk is en echt, en komen zo in een leugenachtige wereld vol van illusies. Hier hoeven ze niet voor elkaar te zorgen, maar alleen maar elkaar af te katten, het liefst zo snel mogelijk, zodat zij de eerste klap hebben uitgedeeld voordat iemand anders dat kon doen. Ontzettend laf natuurlijk. De eerste klap is een daalder waard. 22. Daar zitten ze, hoog in de stad, alles keurig netjes, en maar apathisch doen. Maar ze maken zich vuil met het bloed van de onschuldigen, met bloedgeld. Dit is niet waarlijk het heilige bevlekte schort, maar namaak. Pas op voor namaak in de stad. Blijf verbonden met de natuur. 23. Omdat zij verkeerde motivaties en prioriteiten hebben draaien zij alles om. Dat wat geen waarde heeft zien zij als waardevol, en dat wat waardevol is zien zij als waardeloos. Zo komen zij nooit tot de bron aan. 9. De tocht tot Witi 1. In de stad wordt alles omgedraaid. De stad leeft tegen de natuur in, juist ook om de natuur te vormen. 2. De natuur als schrijver verzint een hoofdpersoon en ook een tegenspeler, om zo het verhaal te leiden tot de diepere kennis. Er moet altijd een bepaald

433 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication