te ontdekken. Het steekt diep, en dan bevriest alles, omdat het diepere roept. 10. Het is allemaal heel erg dubbel, maar richting die ontwaking moeten we gaan. Wat is er precies gaande ? Er moet meer zijn. Dit kan niet allemaal toeval zijn of noodlot. 11. De natuur is bevroren en de mens mag wachten op de ontdooiing. 12. Het kost misschien moeite om het langdurige lijden te aanvaarden, maar het is de enige weg, want zij die hun lijden niet dragen en geen hart hebben voor moeder aarde hebben de blijdschap en de gelukzaligheid van de onwetendheid. 13. Boze geesten gebruiken dit aas om te vissen op mensen. Zij zijn vissers van mensen. De mens verruilt alles voor oppervlakkig geluk en blijdschap, om de stem van moeder aarde te doven. 14. Genade is in het originele Aramees de tuchtuitoefende opvoeding, verbonden aan het adopteren van een zoon. De genade is dus niet iets goedkoops of vrijblijvend, maar loon naar werken en de discipline van een studie. Het is de vrucht van de volharding in toewijding. 15. Vroeger kwam alles voort uit de leegte, en ging ook altijd naar de leegte terug. 16. Jozef werd in de put geworpen om aan zichzelf af te sterven, en werd zo in 'slavernij' verkocht. Ook gebeurde dit met het volk Israel wat door het water aan zichzelf af moest sterven, om zo opgenomen te worden door de wildernis waar ze verhongerd werden. 17. Zowel Jozef als later het volk Israel werden gesteld onder de strafroede om af te rekenen met overmoed en overbezit. 18. Ook de redding van Noach uit het water is een beeld van de opname. 19. Zoals Adam in een diepe slaap moest, in de heilige verlamming, opdat de natuurvrouw kon komen, zo moest het volk Israel in de wildernis tot de heilige verlamming komen. 20. In die zin is Eva dus een beeld van de opname. 21. De heilige verlamming kan alleen plaatsvinden in de afzondering, in de slaap. Zie je de boom ? De boom zegt : 'Je moet volharden.' 22. Het valse paradijs van onwetendheid moet achtergelaten worden. Adam moest in slaap vallen, om zo de natuurvrouw te ontmoeten. 23. Adam moest afsterven aan zijn trots. Daarom moest hij het pad van spot gaan, het spotkleed ontvangen. 24. De Israelieten in de wildernis werden voorbereid om in ballingschap te gaan. Ze zouden vreemdelingen worden in een vreemd land. 25. De mens moet komen tot de verhongering en de verlamdheid, want als de Heere het huis niet bouwt, dan zwoegen de bouwlieden tevergeefs. 26. De traan is levengevend. De mens moet tot het water komen, tot de boom geplant aan waterstromen. De traan is het hart en het leven van de mens, waarvan de mens in zijn trots is afgeweken. 27. De man denkt door veel geld te verdienen vrouwen te kunnen opkopen. 28. De man wordt vetgemest om tot de dikke mannelijke goden geleid te worden, als een varken op weg naar de slacht. 493
494 Online Touch Home