44. Het is verbonden aan de valkyries en Vayikra, de hebreeuwse Leviticus, het boek van de metaforische offers. 45. Het huwelijk is zo'n offer, ook in de Egyptische context (but). De mens wordt in de Egyptologie door het huwelijk losgescheurd van zijn eerdere leven door de Beh-t vogel, als een soort opname. Het huwelijk is dus niet slechts een verzoening, maar ook een verscheuring. Het is de basis van het Egyptische en Israelitische woord voor huis, bet(h). 46. Het gaan naar de slager om een pond vlees te halen is voor de lagere stad de normaalste zaak van de wereld is, maar je staat dan wel schuldig aan het 'verwisselen van de offerdieren'. 47. Het kan de lagere stad allemaal niets schelen. Ze zien het oordeel van God niet, en feesten rustig door. 48. Dit is allemaal het uitstel van het offer. De mens moet zijn ego opofferen, maar de mens houdt zichzelf stevig vast aan het ego. 'Nog even zondigen,' zegt de mens. 'Toe, nog even maar.' En de menselijke overleveringen en tradities zeggen : 'Oh doe maar, want alles is toch genade.' En : 'Wij zullen altijd blijven zondigen.' 49. Laten we het niet verletterlijken en de aardse strijd aangaan, want de strijd is geestelijk, en allereerst moeten we los komen van ons eigen ego, anders zullen we nooit het ego van de ander helder zien. 50. De geestelijke strijd is noodzakelijk, en die is dus allereerst tegen onszelf gericht, tegen het vlees. Het oordeel begint in God's huis, en als God ons niet zou tuchtigen, dan zouden we bastaarden zijn, dwazen. 51. Het gaat om ontmaskering en ontdekking, het 528 oplossen van raadsels. Daarover gaat ook het gehele hyena geheimenis. Het is padvinderij, spoorzoeken. Dat is waar de hyena een beeld van is. 52. De hyena van God, is één van de beste gaven die God haar kinderen geeft. 53. Het breekt dwars door de muren en glazen wanden van de lagere stad heen, alles waarvan je dacht dat het de waarheid was omdat je zo was opgevoed, maar dan leidt de hyena van God je op een vast pad, terug naar de natuur-bron. Ik dank God nog elke dag voor het zenden van de hyena. 54. Sur is het voortijdse Israelitische Afrika. Allereerst is het belangrijk te beseffen dat de leugen altijd de waarheid in zich draagt, omdat het verdraaide waarheid is. De duisternis, de nacht, verslindt de dag. Heel lang geleden was er een mythe waarin de godin haar zoon verslond om hem in te wijden in de geheimenissen, maar dit was iets metaforisch. In een andere mythe deed ze dit bij haar man. 55. Het staat voor de exegese, de schriftuitleg, de vertaling. We spreken dan over het voortijdse Israelitische Afrika, over het Israelitische Dodenboek (Sur). Het is net als Ra die door zijn moeder Noet wordt opgeslokt om een tocht te maken door haar lichaam, de onderwereld, in de Egyptische dodenboeken. Zo is er wedergeboorte. Het is een cyclus. Telkens weer wordt hij door Noet opgeslokt en gebaard. 56. Het komt uit de Hafereth mythe van het Israelitische dodenboek van het voortijdse Afrika. 57. De mens moet teruggaan naar het huis van de leerregels, en de leerregels moeten altijd getoetst worden aan het huis van studie. De mens moet zich bewust zijn van het onderliggende Israelitische dodenboek. Zo zal de mens ook inzicht verkrijgen over wat er gaande is.
529 Online Touch Home