anders wordt het weer losgerukt door de wind, door de stormen. 62. De ware diepte is de eeuwigheid. De mens moet zich dus voor eeuwig vastwortelen. De ware volharding kent geen tijd. 63. De natuurkennis doorziet de mensen, door Haar diepte. Zij troont niet in trots en Haar tronen vallen niet. Zij staan vast in diepte. Zij leven vanuit de rode prisma. 64. De metafoor van de eeuwige diepte is de rode prisma. De mens moet tot de bron van het rode komen. Daartoe is het pad van de natuurkennis. 65. Nog steeds voel ik de striemen van Uw Diepte. Het heeft mij genezing gebracht. 66. Het zijn de striemen van ijs. 67. Waar zij de honger stierven, zo vol van honing zijn zij nu, veilig bij de bijen en bloemen des hemels. 68. Schep daarvoor ijs uit de bomen. 69. De spin brengt mensen onder de drugs. Hij is de valse natuur, en hij gebruikt zelfs de valse tederheid van een moeder om zijn doel te bereiken. 70. Hij vormt de massa's mensen om ons heen. Hij is genaamd 'de verschrikkelijke'. 71. Kom vlucht met mij. De dagen van de honger hebben honing voortgebracht. 72. Daarom is het van belang een ontmoeting te krijgen met de rode prisma, die zich niet aan de oppervlaktes bevindt, maar in de eeuwige diepte, waar een mens alleen door volhardende honger kan komen, door het volharden in het ijs. 551 73. Geef het niet op voordat je over de eindstreep bent gegaan. 74. Het boek Filippenzen gaat over het alles achter laten om op de kroon te jagen, in het Aramees het jagen naar betekenis, een gedeelte van een boek, een zintuig. 75. Het gaat om de kroon van de besnijdenis, als de rode kroon, het rode zicht. Als de mens het rode zicht ontvangt dan is dat een zeker weten, een besef dat alles een visioen is waarin je kunt verdienen, waarin je het rode kunt opbouwen. 76. Het rode zicht is een subtiele rode gloed waar alles uit voort komt. Het is het nieuwe zintuig van onderscheiding waardoor de mens de verdichtende krachten kan omzeilen. 77. In het boek Filippenzen is er de strijd tussen de asceten en de vijanden van het ascetisme die de buik als god hebben, oftewel de strijd tussen ascetisme en hedonisme. 78. Daarom is het zo belangrijk om uit te strekken naar de rode kroon, wat begint als de spotkroon. Filippi betekent beestenrijder, wat ook een beeld is van de bewaarder van de prisma. 79. De vrouw op het beest is dus de vrouw met de prisma. 80. Filippi, de vrouw op het beest, is de vrouw met de spiegel. 81. Het 'tot de laatste bloem gaan' betekent gaan tot wat er nog is overgebleven, leren leven met het weinige wat je hebt. Dat zal je leiden, tot je spreken. De bloemen laten de cirkels zien, nuances, tussenstappen. Dingen worden soms afgenomen, opdat we er omheen leren werken. Het 'tot de laatste bloem gaan' betekent ook het tot de bron gaan. Het
552 Online Touch Home