misleidingen. Dat is ook onderdeel van het lijden, maar als gij dan opgroeit in het Woord, dan moogt gij daar ook uitgroeien, als een geestelijk nomadisch leven. En dan moogt gij ook opbloeien. Als kinderen bent gij kwetsbaar, en raakt gij diep verwond, telkens weer, en hebt gij vele trauma’s, maar in het Woord moogt gij vaste leiding krijgen. Gij hebt het hemelse Woord nodig om aan het aardse, vleselijke woord te ontkomen. 13. Het leven is slechts vleselijk, leugenachtig. Het is het rijk der leugens, maar toch werkt het als gelijkenissen, en toch is het hemelse woord hieraan tegemoet gekomen. 14. Het is zo leugenachtig, wisselvallig en bedrieglijk, de vleselijke realiteit, dat gij uzelf met niemand moet vergelijken, want alleen de hemel is de maatstaf. 15. Houd dus de lat hoog, en laat het niet door anderen om je heen verlaagd worden. Vergelijk jezelf niet met hen, en gebruik ze niet als excuus. De lat in deze vleselijke realiteit ligt nu eenmaal laag, maar dat zegt verder niks over u en hoe gij zouden moeten leven. Gij vindt uw weg wel. Waar een muur is is een pad. Het zijn geen onoverkomelijke bergen, maar bruggen. De zee die je overspoelt 16. Het goede ontwikkelt zich door in de mens, zo ook het slechte, afvallende, wegvallende, wat slechts een gelijkenis daar van is. Geef iets lang genoeg de tijd. Het heeft altijd die twee eigenschappen. Het een roept het andere op. Er ligt daar een ijzeren, onwrikbare bestemming voor de mens. 17. Weet je wat mijn naam is ? De smalle weg. Misschien ken je het wel. Wij moeten over het smalle pad door de enge poort, wat een moeilijk en kronkelig bergpad is door de wildernis, langs de 587 ravijnen, en wij moeten zelf ook het smalle pad en de enge poort zijn. 18. Die vloed kan niemand tegenhouden. Dat is iets van de geestelijke natuur. Dat is het bestaan, het leven. Dan vecht je tegen de zee. Die zee overspoelt je en neemt je mee. De zee is geneeskrachtig voor je hart. Lekker in de zee liggen, lekker zwemmen, geen gezeur aan je hoofd, slechts dit. Geen Woord van boven gegeven en uitgezonden zal ledig wederkeren. Onthoud dat ook maar. Er is vloed en eb. Daarna vloeit alles weer weg, en moet je het zelf leren, zelf leren doen, zelf leren zijn, ook naar jezelf toe. De bron loopt nooit volledig vol, stroomt altijd weer weg. 19. Het gaat niet alleen om het worden en het zijn, maar ook om het blijven. Blijven in de bron. 20. En alle kwajongens druipen af voor de winter, groeien in de bomen. Onrijpe vruchten moeten doorgroeien. Tot de bloem van het idee gaan, kinderen, het laten uitspruiten. Loop niet weg met ideeen als die nog niet rijp zijn. Het moet gaan bloeien en bloesemen. De bloem draagt een hemels medicijn diep van binnen. De bijen vliegen hiervoor en ook andere gevleugelde insecten, allerlei soorten. Ze dragen het. Hebt gij honing ? De vergeten wereld 21. De mens is gericht veelal op vraatzucht, op verdichten, op vermeerderen, maar er wordt ons door de hemel een heel ander pad getoond. 22. Vraatzucht komt in allerlei vormen : sociale vraatzucht, sexuele vraatzucht, machtslustige vraatzucht, eerlustige vraatzucht, sierlustige vraatzucht. Waarom leeft gij eigenlijk ? Om deze dingen te overwinnen, want ze leiden u tot de dood, tot de geestelijke dood.
588 Online Touch Home