39. Alles moet getest worden, dus ook de leegte. Wordt je dan meegesleurd met een stroom leegte in dat proces, dan moet er dus altijd opgepast worden met vertrouwen en overgave, omdat er dus ook weer mee geworsteld moet worden vanwege het gevaar van valse leegte, dus door de hogere vreze voorzichtig worden, en eerst testen, wat ook een hoger verzet met zich meebrengt, de leeuw, die zich nergens zomaar aan overgeeft. 40. Ook dat verzetten kan weer een gevaar op zich zijn, dus daarom moet er ook verzet worden tegen het verzetten enzovoort, om zo in de diepte te komen, tot de bronnen. 41. Dat heeft inderdaad te maken met het afsterven, en dat boort dus ook weer nieuw leven aan en eeuwig leven, wat vervolgens ook weer getest moet worden, maar er komt je dan een soort loon tegemoet wat je niet meer tegen zou kunnen houden, en dat is een stuk verloren natuur zelf. 42. Dat moet gehuld zijn in twijfel en verwarring, want overmoed ligt altijd weer op de loer, en dat brengt valsheid met zich mee, dat mensen iets te enthousiast worden en iets te snel grijpen en meestromen. 43. Dat moet voorkomen worden, want de gevaren zijn eindeloos. Het werkt door gevoeligheid, grensgevoeligheid die zo wordt ontwikkeld, en dat is een gevoeligheid naar spanning toe uiteindelijk, die op een gegeven moment zo sterk wordt dat je niet eens meer over een natuurgrens heen zou kunnen gaan, vanwege dat je dan een slag krijgt die je terugduwt. Dat is de bescherming van het hogere touw, de gebondenheid tot soberheid. 44. Dingen kunnen dus al snel vals worden, ook in schijnbaar goede dingen zoals het afsterven, want er is ook weer een valse dood. 45. Het is een bijprodukt van de eeuwige kennis wat 616 van het verschijnsel van het Woord boven het oerwoud naar beneden druipt en zich vervormt om de mens te testen. 46. De eeuwige kennis gaat niet over of het leuk is of goed smaakt, maar of het verantwoord is, of het nuttig is, en dat is een beproeving. De eeuwige kennis onderhoudt de natuurgrenzen. 47. Daarbuiten kom je in een gebied van vraatzucht, gelukszoekers, genotszoekers en andere goudzoekers, die de natuur proberen te verwoesten. 12. De tijden kennen 1. Wilt gij door het vlees leven of door het geestelijke, door de wil of door de kennis ? 2. Voor alles is een tijd, en alles heeft een bedoeling en er zijn strenge voorwaardes. Dat gaat allemaal over de grens gevoeligheid. 3. Gij moet wachten op de schepping. Het zaad moet eerst sterven. 4. Verslavingen lopen met elkaar op en kunnen met elkaar te maken hebben. 5. Grensgevoeligheid heeft met leiding te maken. 6. Het is een puzzel die afgemaakt moet worden, en dat is dus een puzzel op leven en dood. 7. Het is een noodzakelijkheidsprincipe, en het is belangrijk dat te kunnen onderscheiden en niet met de verkeerden mee te gaan. Dit kan heel subtiel gaan. 8. Geestelijk nomadisch leven moet dus ook geleid
617 Online Touch Home