717

dan dat van de mensen. Calvijn stelt dus ook dat dit een grote beproeving is. 21. We mogen hierin ook dat grote visioen zien, aan het begin van Mattheus, waar een amazone staat aan de hemelpoorten om de besneden mens binnen te roepen. Deze mens is een werker, niet naar het vleselijke, maar naar het geestelijke, in het verborgene. De hemel is een verborgen plaats van grote duisternissen waarin er gewerkt moet worden. Dat kan alleen vanuit de leegte, vanuit de honger. Daarom roept de amazone op tot het hongeren, om binnen de grenzen te blijven. Er is dus een groot verschil tussen de besneden werker en de onbesneden werker. Calvijn stelt dat adoptie plaatsvindt op de basis van de besneden werker. 22. Dat de werker voortkwam uit een maagd is een symbool van de adoptie. Calvijn stelt heel terecht dat we niet helemaal moeten opgaan in de dankbaarheid naar dit voorbeeld van de werker toe, alhoewel het belangrijk is ons te richten op de hogere, geestelijke werker, maar tegelijkertijd zijn we ook geroepen deze werker zelf te zijn door de vrucht te verzamelen en te ontvangen. Deze werker zou zich onderwerpen aan het visnet, zich laten onderwijzen door de tucht van het visnet, om zo niet overmoedig naar de wapens te grijpen en anderen te onderdrukken vanwege zijn eigen tuchteloosheid en leerafkeer. 23. De mens moest zich baseren op onderzoek en niet zomaar wat de massa's zeggen of wat men altijd heeft gezegd. Meerderheden willen de mens onderwerpen aan de macht van de massa's, niet aan het hogere, zoals Plato ook al stelde dat er wijzen opgesteld moesten worden die zouden zorgen dat de dwazen niet door meerderheidstruukjes de samenleving kapot zouden maken door hun dwaasheid. Natuurlijk kan dat helemaal uit de hand lopen, want wie bepaalt wat wijsheid is en dwaasheid. Altijd liggen er gevaren op de loer, dus moet de mens zich richten op het hogere, binnenin. 717 24. Dan kom je uit bij de natuurrede, de heerschappij van de natuurrede, en alleen weinigen komen daartoe, de eenling. De enige heerschappij is die van natuurkennis. De eenling moet hiertoe ontwaken om zo de natuurkennis door alles heen te zien, en het juiste pad te volgen, in geestelijke oorlogsvoering. 25. Een mens moet niet denken dat hij letterlijk de wereld kan besturen. Dan zou de mens gek worden. Het is de illusie van macht en controle. Het gaat om de natuurkennis, en in die zin gaat het dus niet om heersen, maar om kennis. Geen macht, maar kennis. Macht is een valstrik voor de dwazen. Er moet kennis komen over wat macht is, diepte. 26. Het pushen van doctrine en orthodoxie is hetzelfde als tyrannie. Status quo moet afgedaan worden. De mens moet niet vallen voor de heerschappij door het overgesimplificeerde, want het zou leiden tot despotisme. Er moet daarom ook een flinke, gezonde dosis zijn van anarchie. 27. De natuur werkt niet door wil of wens, maar door kennis. Wil en wens zou juist de kennis in de weg kunnen staan, en daarom moet het afsterven. 28. Overal begonnen kleine groepen te staan die vonden dat ze hogere, betere of slimmere principes hadden dan anderen, Het waren veelal eenlingen die zichzelf met kop en schouder boven de rest vonden uitsteken, goedschiks of kwaadschiks. De massa's waren dom, maar dit waren de intellectuelen, de machthebbers, hoog opgeleiden, voorbeschikten, uitverkorenen, of gewoon slimmerikken. Sommigen wilden macht, en anderen wilden gewoon vrijheid. Ze waanden zichzelf regeerders, zij die de touwtjes in handen hadden. Sommigen hadden grote plannen. Sommigen wilden meer zorg voor de domme massa's, beter onderwijs, terwijl anderen corrupt waren. De oligarchie is een neutraal principe wat gebruikt en misbruikt kan worden. Eenlingen met

718 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication