731

13. Het derde deel gaat weer over een heel andere Amos. Amos groeit op bij zijn moeder, en raakt in hun woning in gevecht met een vrouw die deze woning is binnengekomen. Ook raakt hij soms buiten met vrouwen van zijn stam in gevecht. Zijn moeder helpt hem hierin niet. Die is compleet passief, altijd op de achtergrond. In het derde deel zien we weer dat Amos uitgehuwelijkt wordt. Profetischen moeten dingen doen waar hun wil niet bij betrokken is, maar wel hun kennis. Profetischen hebben hun wil allang gedood. Hun wil is allang afgestorven. Het gaat erom dingen te ontdekken en leren en vandaaruit handelen. Hosea moest met een twistzieke vrouw trouwen. Ze was heel moeilijk. Het werd hem niet bespaard. Zo is dat ook met de hogere kennis. Het vlees gaat eraan. 14. Het volk gaat te gronde door een gebrek aan kennis. Daar waar openbaring ontbreekt, verwilderd het volk. 'Niet mijn wil, maar Uw wil geschiede.' 15. In het vierde deel leeft Amos met drie vrouwen, die staan voor profetie, geestelijke oorlogsvoering en het toetsen. Amos is met de drie en zo overleeft hij. Hij heeft alleen vruchtbaarheid in de drie. 16. Het is voornamelijk iets geestelijks. Je moet weten waar het voor staat. Dat betekent niet dat je er een heethoofd over moet worden of een volhoofd, want de ware kennis komt altijd maar half, anders zou ze haarzelf vernietigen. Er is een heleboel kennis die we juist niet nodig hebben, dus daarom moeten we ook leren minderen met kennis, en teruggaan tot de leegte om zo tot de ware kennis te komen. 17. De strijd is zwaar tegen de kloof tussen leken en geestelijken, tussen luien en leergierigen. 18. We houden het niet in stand, maar roepen juist : kom hogerop. 731 19. In dit opzicht liggen Hosea en Amos dus heel dichtbij elkaar, draagt Hosea veel van de voortijdse Amos in zich. 20. Abadja betekent werker, abad, van jah, jehavah, in het hebreeuws, als werker van havah, eva. Hij is in strijd met Edom, wat gewoon Adam is in de Hebreeuwse wortel. Adam betekent roodhuid, als de donkere, ondergrondse natuurmens, van het woord 'dam', bloed. Adamah is een andere vorm van Adam, wat grond betekent, en een vrouwelijk woord is. Hieruit kwam Adam voort. Adam is de donkerrode huid van Eva in die zin. Abadja had een strijd met deze obscure, donkere vrouw, met de aarde die zoveel verborgen hield. Hij moest de aarde bewerken, vruchtbaar maken. Hij had een duidelijke missie binnen duidelijke grenzen. Hij had grensgevoeligheid. 21. Abadja is dus in gevecht met de Adamah, de grond, als een test. Hoe keert Abadja terug tot de grond ? Haggai is de ge, de aarde, in het Grieks, ook gaia, natuurvrouw van de aarde. Haggai gaat over : 'gij draaft allemaal voor uw huizen, maar niet voor mijn huis.' Het volk diende dus de verkeerde goden, de afgod. Het volk stond op verkeerde grond. Het volk was in contact gekomen met lijken en daardoor was alles onrein geworden. De offers van het volk waren onrein. Aan het einde van het boek Haggai wordt gezegd dat de aarde gespleten zou worden, opdat er een ondergrondse wildernis tocht zou zijn voor het overgebleven volk, want omdat de aarde gespleten zou worden zouden de koninkrijken van de aarde verzwolgen worden met man, paard en wagen. 22. De mens zou dus hierdoor wedergeboren worden. De mens moest dus niet zomaar de wildernis ingaan, maar de aarde ingaan. Haggai was dus een veel diepere Mozes. De mens moest ondergronds gaan. De aarde moest gesplitst worden, opdat het oordeel kon komen.

732 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication