734

zomaar uit zoals gezegd, maar het moet verdiept worden. 16. Alles liep vast in Arnhem. Moeder Arnhem is een donkere vrouw die in de natuur leeft, weggejaagd. 17. Alles liep vast bij Arnhem in de tweede wereldoorlog. Toen ontstond de zogenaamde honger winter, en toen moest eerst de Schelde bevrijd worden. 18. De mens moet zich terugtrekken en stil worden, teruggaan tot de natuur, tot moeder Arnhem. De mens moet wedergeboren worden in haar schoot. 19. Moeder Arnhem, Ik zie hoe onbesneden ze zijn, Hoe ze u hebben vergeten, terwijl u diep in de natuur bent met uw visnetten, uw zondvloed van de kennis zal komen Moeder Arnhem, Ik zie hoe zij altijd uw woorden verdraaien, Zij kennen u niet Jakob gevoelig zou zijn voor de boodschap. Aanvaarden wij het als wij geslagen worden door de hemelse tucht om de hemelse boodschap te ontvangen ? Of verwerpen wij de hemelse tucht ? 3. Zij werd geplunderd, zij werd verkracht. Wie hoort haar stem in de nacht ? Wie waakt met haar, of slapen zij allen ? 4. Wie hoort haar geroep, wie hoort haar geschreeuw ? Wie kan er door haar boosheid heenprikken ? Wie kan het slaan van haar gesel aanvaarden, waarmee ze haar boodschap brengt ? Ja, ze moet haar kinderen wel wakker schudden. Ze wil dat we het voelen. Zoveel geschiedenis die verloren is gegaan. Een moeder in het zwart, als een obscure monnik. Ze prevelt wat, maar niemand kan het verstaan. Auschwitz zwaar in haar herinnering, de dagen dat ze werd verkracht. Heeft het haar oppervlakkig gemaakt ? Nee. Juist diep. Wie kan haar ontcijferen ? 5. De onbesnedenen zijn als het beest van de zee die zijn merkteken, zijn etiket, drukt op ieder mens, en hen leidt tot het beest uit de aarde, de valse profeet. 36. Van Golgotha tot Auschwitz 1. Het begint met een twistzieke vrouw. Zij is wild en woest als een natuurvrouw, niet op een vleselijke manier, maar op een geestelijke manier, op een profetische manier. Zij ging van Golgotha tot Auschwitz. Waar waren wij ? Zij weet dat ze de mens niet kan vertrouwen. Daarom gooit ze haar paarlen niet voor de zwijnen en is zij als een orakel, obscuur. 2. Zij is strijdlustig als de hemelse boodschapper die met Jakob op Pniël streed, en Jakob sloeg, opdat 734 6. De martelaren zijn onthoofd. Ze mochten geen eigen godsdienst en geen charismatische gaven. Ze werden onthoofd en kregen een merkteken, wat ze overigens niet persoonlijk ontvingen. Ze hebben dit etiket nooit aanvaard, omdat ze weten dat het vals is. 7. De vrouw moest vluchten tot de wildernis. 8. De onbesnedenen rijden hoog op hun beesten, een moordend spoor achter haar latend. Overal zaaien zij dood en verderf. Zij zijn gekomen om het merkteken te brengen. Zij wanen zichzelf het hemelse woord, zwaar aan de verdovende middelen, waar ze zwaar voor betaald heeft, en waar ze voor heeft geroofd en geplunderd.

735 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication