4. Het vlees moet volledig sterven, oftewel geofferd worden, als een middel om tot het inwendige zaad te komen, oftewel het verborgen woord. 5. Dit is dus een proces van onderwijs waarin alle onwetendheid wordt uitgebant, ook de onwetendheid omtrend deze dingen. 6. Een straf is in dit opzicht ook positief als een restrictie, een kastijding, opdat de mens niet afdwaald, en in die uitleg mag de straf ook daadwerkelijk eeuwig zijn, opdat de mens het pad vindt. 7. Men raadplege hierover het gehele woord des Heeren om een goed beeld te krijgen over deze vaak misbruikte terminologie. 8. De mens moet loskomen van lekenprediking. 9. De zoon moet ter helle dalen alvorens op te staan. 10. Het spijbelende kan het geleerde niet begrijpen. 4. De natuur is zo mooi. We zijn op weg naar nieuwe tekenen van leven. Kunnen we onze moeders zien in de natuur, dwars door alles heen ? Zij zijn de hemelse woorden en gedachtes die ons leiden en corrigeren, voortvloeiende vanuit de bron van eeuwige kennis. 5. De besnedene werd tot zoon, als beeld dat hij een volkomen offer had gebracht, zijn zaad, en zo wedergeboren werd als zoon. Hij was van het vleselijke overgegaan tot het geestelijke, van onwetendheid gekomen tot kennis, van leugen tot waarheid. 6. Als wij zoon worden is de verbinding met de natuur moeder hersteld. Een besnedene kan niet slechts een besnedene zijn, maar moet ook zoon worden. Hiertoe is het visnet. 7. De gelovige keert door het persoonlijke zoonschap terug tot de eeuwige natuur. Zou er iets aan dat zoonschap ontbreken, dan zou de eeuwigheid wegsmelten als een drug. 42. De verborgen raad van God 1. Alle dingen werken mede ten goede. Het goede is de kennis. Het gaat dus om het pad van onderwijs. 2. Op het lange pad van het lijden, moet men geduld leren, en is er diepte en zo alomvattende eeuwigheid. Niets kan ons scheiden van die kennis. Ook kunnen wij niet ontkomen aan die kennis, en die kennis zelfs niet wederstaan. 3. Het offer leidt tot het zaad, en zo tot profetie, oftewel de verborgen raad van God. 741 8. De dood kan niet direct en permanent intreden, maar alleen zijn intrede doen door het lijden dat volkomen moet worden door geduld. We spreken daarom ook van het leven als een lijdensweg van hongeren om zo geheel los te komen van de zonde in de diepte van ons wezen en ons bestaan. 9. Kunt gij dan zoetheid proeven zonder eerst diepe bitterheid te hebben geproefd ? Alleen de eeuwige honger leidt tot de honing, als in een geheimenis. Dit is een volkomen honger waarin al de aardse zintuigen en geneugtes zijn afgestorven. Dit is een slopend gevecht wat niet met minder genoegen kon nemen. 10. De mens gaat in de kooi, los van alles, wordt op zichzelf teruggeworpen.
742 Online Touch Home