805

van de droomwereld, van meer geestelijke waarden in plaats van de aardse waarden. 16. De geestelijke mens heeft vele dromen, moet over vele treden van de ladder tot de hemel. 17. De uitverkiezing betekent dat je moet strijden om te overleven, en hierin moet je leren varieren, isoleren, aanpassen, integreren en internaliseren. 18. Een lui verstand wil niet kritisch denken. 19. Er is een natuurlijke uitverkiezing. Je moet anders zijn, en toch je kunnen aanpassen om te kunnen overleven. Dat is de prediking van de wilde jongens. 20. Zij prediken de subtiliteit en de oneindige verscheidenheid van de natuur die elk eenzijdig en bekrompen mens die denkt dat hij alles in kannen en kruiken heeft uiteindelijk zal overweldigen. 21. Alles is een gedeeltelijke waarheid. Je komt nooit ver. Alles verletterlijkt zich weer, opdat het daarna weer dieper vergeestelijkt kan worden. We zijn op de golven, die steeds hoger gaan en steeds dieper. Hebben we de nachtmerrie nodig ? 22. Het werkt door tegenstellingen, want zo is er ook weer samenstelling. 23. Moet ons verlangen niet zijn te zijn in het geestelijke visnet om het Woord te zullen ontmoeten ? 24. Zoveel gevaren zijn er in de wildernis, zoveel aanvallen, zoveel valstrikken, zoveel angst en pijn, honger en dorst. Er is geen gemakkelijke weg. 25. De mens moet terugkeren tot de oerwaarden van het menselijk bestaan. 26. Het betekent loskomen van de wereld waarin je 805 bent geplaatst, om te komen tot een geheel andere wereld. 27. Zo wordt het hemelse zaad niet besmet. 28. Het betekent de kleine bekrompen wereld achter je te laten om je barmhartigheden uit te storten in de veel grotere wereld, waar ze je nooit over hebben verteld. 29. Dit gaat gepaard met een verborgen bloedende wond van een hevige worsteling. 30. Je moet alles opofferen om jezelf te verloochenen. Het vraagt het offer van familie en vrienden, van vaderland en kerk, van veel genot en weelde. 31. Wandel door het geestelijke, en niet door aanschouwen. Dat is de betekenis van het ware geloof. 32. Het geestelijke visnet moet gesteld worden tegenover de afgod. 33. We kunnen denken aan de gelijkenis van de hemelse visser, en de hemelse jager. 34. Het ware geloof, oftewel het geestelijke leven, leeft door doorzicht, leeft niet in de dingen die op de aarde zijn, maar in de dingen die boven zijn. En dan is er een strijd tegen een heleboel bijgeloof. 35. Wat je om je heen ziet zijn slechts de donkere spiegelingen van jezelf. Door de geestelijke slaap in te gaan mag je komen tot de hogere dromen, je hogere droomzelf. 36. Je bent in diepe, duistere wildernis om daar je barmhartigheid te brengen.

806 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication