Maar gij noemt het oorlog. Zij onderhandelt met het vreemde, haar kinderen begrijpen het niet. En toch moet zij moeder zijn. 19. Zij kan het je niet vertellen want ze is het vergeten door de honger, en jij bent het ook vergeten. Alleen een kind kan het weten. 11. Sta de vreemdeling toe, spreekt zij, want het kan een hemelgezondene zijn. Ik ken deze kinderen in het veld niet. Zij zijn vreemden. 12. Hoe diep moest je gaan om aan deze wereld te ontkomen ? Velen lijden om te vermeerderen, om troost te zoeken in rijkdom, roem en macht. Maar jij moest het hongerpad op om tot het hongerzaad te komen. Het hongerzaad bracht een nieuwe schepping, de andere schepping die verloren was geraakt, vergeten, uit de harten gebant. 13. Hoe diep moest je gaan om aan deze wereld te ontkomen ? Gij moet minder worden, gij moet hongeren, leren leven met het minste. Zo is er ruimte voor de andere wereld die zal komen. Zo komt gij tot het hongerzaad die zij is. 14. Het hongerpad, maar wie weet de weg ? De honger weet de weg. 15. Hoe diep moest je gaan om aan deze wereld te ontkomen ? 16. Hij staart naar de blote borsten van de honger, waarin hij sterft. 17. Hij stierf op het hongerpad, en werd ook in haar wedergeboren, en iedereen deed alsof er niets aan de hand was. 18. Hoe diep moest je gaan ? Hoe diep moest je gaan ? 842 20. Ze was sadistisch en hardvochtig, wreed, zoals je je de honger had voorgesteld. 21. Ik ben de honger loper, in een honger nachtmerrie, die gaat tot het verborgene, een groot geheim. Buiten het verborgene is niets dan misbruik. 22. Ik ben de honger loper, tussen slapen en waken, in de tussenslaap 23. Zo voerde zij oorlogen, Haar kinderen waren duur betaald … Maar is zij dan een snelle doder ? Nee, zij werkt met honger, om hen de hongerdood te doen sterven … 24. Alsmaar willen zij meer, Maar zij legt het hen uit, keer op keer … Zij is de opvoeding, Altijd wegtrekkend, Om te zien wie komt en wie gaat … Een aardring in het diepste donkerste van de psyche … 25. Ze merken het niet, zij zijn hongerend, in de honger nachtmerrie … slaapwandelaars …. Alleen zij die voldoende hadden gehongerd konden er komen, Alleen hongerenden kwamen daar, zij die klaar waren voor de dood. 26. Zij is slechts de eenzaamheid, Hoe lieflijk op de bergen zijn de voeten van hen die het goede nieuws brengen,
843 Online Touch Home