904

te komen tot de ontwapening, waarvan de tranen een beeld zijn. 49. De mens moet loslaten. De sobere moest zijn tranen uitstorten, anders zou hij nooit tot het vreemde kunnen komen. 50. Hij moest alles van de stad loslaten. Door het uitstorten van de tranen komt de mens weer terug tot de wildernis en het vreemde. Dan voelt de mens zich weer heel anders. 51. Alles stroomt, alles zal ook weer voorbij gaan. De mens mag daarom kijken naar de natuurrivier wanneer hij met verworpenheid in aanraking is gekomen. Het is niet het einddoel, maar slechts een onderdeel van iets veel groters. 52. Ieder mens is gelijk. Ieder mens gaat door hetzelfde heen en moet door hetzelfde heen. 53. Altijd weer is het de ontwapening van de sobere, de tranen van de sobere, waardoor hij uiteindelijk door de poorten kwam. 54. De sobere is de ingewijde in het geheimenis van de tranen. De sobere kon alleen winnen door de ontwapening. 55. Als de islamieten het hebben over Isa, over de islamitische Yeshua, dan wijst dit in principe ook gewoon terug naar Esau, die een Yeshua was, de wenende, wat zijn oorsprong heeft in de egyptologie als de gids van Re. 56. Uiteindelijk opent de traan de poorten van de onderwereld, telkens weer. 57. Hiertoe was sa, sw, uitgezonden. 58. Isa, Ezau, zal dus wederkomen om het volk terug te leiden tot de tranen en de inwijding in de leer der tranen. 904 65. De sobere weende bittere tranen van angst in de hof van Getsemane, biddende of de drinkbeker van het lijden van hem weg genomen mocht worden, maar hij beleed ook dat God's wil zou geschieden. 59. Het is een belangrijke gids in de onderwereld van Egyptische oorsprong, de sa, sw. Dan zal de ontwapening dus daadwerkelijk aanbreken in het mensenleven. 60. Ra werd tot Sw, tot Ezau, de wenende profeet, anders zou hij de poorten niet doorkunnen. Alleen de tranen zijn het toegangsbewijs tot het paradijs. 61. Zij met droge gezichten zullen niet kunnen binnenkomen. Het geheimenis van Ezau zal begrepen moeten worden. 62. In de droogte en de bevrorenheid van de vertraging wordt de mens al afgeremd, loopt de mens vast, omdat de mens niet snel tot het vreemde kan komen. De mens moet eerst ontwapend worden, en dat gaat door de tranen die ontstaan door het vastzitten, door de verstoting, wat zijn hoogtepunt heeft in de afzondering voor het minderen. 63. De mens stort zijn tranen uit, en nog steeds is het er niet. De mens is nog steeds verstoten. Ezau zocht het onder tranen maar vond het niet. Er was geen plaats voor berouw, geen plaats voor genade. Ezau moest de diepte in, en zou zo tot het minderen komen. Ezau was een Ismaeliet. Zo werd Ezau uitgehongerd, om hem klaar te maken voor de inwijding in de ware logistiek, de logistiek van de wildernis. 64. De stad is valse logistiek, altijd maar weer op de verkeerde plaats zijn, op het verkeerde tijdstip tegen de verkeerde prijs. Daarom was Ezau een balling geworden om hem daar tegen te beschermen. Hij werd gevoerd tot de donkere, vreemde tent in de wildernis.

905 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication