materiaal wat je nodig had, en Areta was het loon van gewoonte. 102. En de weg tot de geoefendheid, Areta, is de weg van de askesis, de oefening. 103. Areta is ook een woord voor mannelijkheid in de lijdensgezindheid, de geoefendheid, wat gebeurt op het pad van de eenling, het vol zijn met Areta, het getest zijn aan de logos, de rede. 104. De lijdensgezindheid heeft niet gebogen voor de massa's, maar heeft zijn innerlijke natuurvrouw gevonden, de mannin, het oorspronkelijke volk van de hemelse kennis. 105. Hij heeft niet voor superman gespeeld, maar is de weg van het lijden gegaan. Hij is geen spijbelaar die de mens zware verdovende middelen heeft verkocht om hen bedriegelijke illusies van veiligheid en overwinning te geven, maar hij is gegaan tot de school van de geestelijke oorlogsvoering om zichzelf te oefenen, de natuurschool. 106. Hij loopt niet als een fletse zakenman met een gladgestreken pak en stropdas rond om zijn product van oplichting te verkopen, hoewel hij ook niet als een wilde weldoener parels voor de zwijnen werpt, maar hij heeft een vaste brug gebouwd, zij het van wildernis touwen, over de woeste oerrivieren van het oerwoud. 107. Hij is een wenende filosoof, niet alles maar wegwimpelend en weglachend. Zijn Askesis heeft hem tot Areta geleid, zijn hogere zelf. Hij is de duisternis ingegaan en is er obscuur door geworden. 108. Hij weet dat de aarde een mentaal en verbaal mijnenveld is. Hij laat de mens moeite doen om zijn filosofie te begrijpen. De mannelijkheid is de geoefendheid in het luisteren, de geoefendheid in het zoeken naar de hogere dingen en het achterlaten 954 en minderen van de lagere dingen. 109. De mannelijkheid is de mindering, en de vrouwelijkheid drijft de mannelijkheid hierin aan om te minderen, en zij vermeerdert zo zijn hogere dingen. De valse surrogaten hiervan zijn de vermeerderingen van het lagere aardse. 110. De lijdensgezinde knapt af op de lagere levenswijzen van het dwazendom. Hij ergert zich eraan en weent erover. Hierdoor zondert hij zich nog meer af. 111. Dat is het pad van Aristoteles, het pad van de oorlogs-rede, de logos van de geestelijke oorlogsvoering. 112. Adam moest in een diepe slaap vallen om tot de gnosis van Eva te komen, zoals de lijdensgezinde dit moest om tot Areta te komen. Dat is de ware lofprijs, wat ook een woordbetekenis is van Areta. 113. De definitie van lofprijs is dus geoefendheid, Areta, en zij moest verkondigd worden als het evangelie. Areta is een vrouwelijk woord, naast het feit dat zij een natuurvrouw is. 114. Er zijn veel verwijzingen naar de natuurvrouwen. Zij moesten verkondigd worden, als principes. 115. Het principe waarvoor Areta stond werd verborgen gehouden door geloof en genade en eens een keer een goede daad om goede wil te tonen. 116. Er is een missie om areta, de noodzaak van de geoefendheid, te verkondigen. 117. De hedonist conformeert zich aan de massa, het geloof van de massa, de doxa, omdat hem dat het snelst iets laat bereiken. De massa is dus vaak ook de maat voor de hedonist. Het tegen de massa ingaan zou de hedonist teveel lijden kosten. De
955 Online Touch Home