100

24. SURINAME 1. Ik ben in Suriname aangekomen. Vastbesloten het geheim te vinden waar iedereen over spreekt. De papieren roos, de naam voor een lange plant met papier-achtige roosjes, komt veel in Suriname voor, en nergens anders in de wereld. Ik staar naar de plant, met vreemde gevoelens in mijn buik. Een verlamming kwam over mij, en ik moest naar het ziekenhuis. Ik heb nu de ontmoeting gehad. Ik had hier lang op gewacht, maar het liep bijna verkeerd af. Ik was voor drie weken in het ziekenhuis. 2. Ik weet niet wat ik moet doen. Ik loop dwalend rond en kan niet weg. Het lijkt alsof ik dood ben, terwijl ik leef. Ik heb het duistere geheim van Suriname ontmoet, maar nu ben ik in de war. Ik kan mijn gedachtes niet beheersen. 3. Ik ben niet gemachtigd om contact op te nemen met mijn familie. Ik krijg geen toestemming. Ik heb ook geen idee van wie ik toestemming moet krijgen. Ik denk dat ik gek aan het worden ben. Ik geef de schuld aan de papieren roos. Ik haat die planten nu, alhoewel ik weet dat ik misschien nu onredelijk ben. Toch heb ik het idee dat die planten duivels zijn. Ze worden vaak bij allerlei duistere rituelen gebruikt. 100

101 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication