117

8. En een trein brak door de stad heen, Niemand wist waar het vandaan kwam 30. RODE BLOESEM 1. Ik had haar van een afstand gezien, en ze kwam steeds dichterbij. Toen trok ze mij in de sneeuw. Ze trok me diep weg. De sneeuw smolt weg door haar glimlach. En de tuin 117

118 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication