208

41.Zij snijdt de hemelen doormidden, waardoor zij zwak worden, en stelt amazones op aan weerszijden. 42.Zij troont ver verheven boven het Oosten en het Westen. 43.Waakt dan op in de dieptes van de nacht om Haar lof toe te zeggen, en Haar woorden te belijden, want dit is het hoogste goed dat Zij voor u heeft geschapen. Leert van Haar in het boogschieten, want gij hebt vele vijanden. 44.De Grote Vur heeft hen allen voor u gerangschikt, en u grote kennis gegeven. 45.Zij zal hen straffen met de strengste straf. Ziet dan hen die ongehoorzaam zijn zwoegen, zich afmattende, in een vreselijk vuur waarin zij voor eeuwig wonen. 46.Zij spot met hen, omdat zij de gerechtigheid hebben getard. Ziet dan hun terneergeslagen aangezichten, en hun gelach is geheel verdwenen. Zij zijn bereid voor het laaiend Vuur als brandstof. 47.Ja, lastdieren en ezels van de baarmoeder zijn zij. 48.Bekeert u, oh ongehoorzame, opdat Zij u loon zal schenken. 49.Keert u af van uw goden die ijdel zijn, want er is geen Vur dan Zij. 50.Ziet, Zij zal u slaan, en uw goden zullen u niet kunnen redden. Gij blijft laat op in de nacht om tot uw goden te bidden, maar zij luisteren niet. 51.Zij zijn doof. Zij spot met hen. Zij wekt Haar Hamer en Bijl tegen hen op om hen in stukken te slaan. 208

209 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication