278

75. ARETA 1. Het korte oog zat op zijn troon. Vloekend, tierend. 2. Ver kijken kon hij niet, want dan zou hij zijn macht verliezen. De mensen waren slechts pionnen. Het korte oog had ijzeren wetten opgesteld. 3. Jullie hebben je niet aan mijn wetten gehouden, zei het korte oog. Jullie waren wispelturig, en jullie brabbelden maar wat. Ik eis radicaliteit en fundamentalisme, is dat teveel gevraagd ? Branden zullen jullie in de hel. 4. Een heerschap genaamd het korte oog leidde ons naar de hel. 5. Het korte oog bestaat niet, zei Areta. Het is een leugen. Er zijn alleen maar lange ogen die uitreiken naar elkaars hart. Jij bent in mijn wereld, zei Areta. Die andere wereld is niet echt. Er zijn alleen maar dingen die je niet begrijpt die zich als verschrikkelijke monsters ontpoppen. 278

279 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication