30

16. Na een lange zwerftocht kwam hij bij een boshuisje aan. Stilletjes sloop hij naar binnen. Zou er iemand wonen. Opeens werd hij van achteren op z'n hoofd geslagen. Na een tijdje werd hij wakker in een bed. Een vrouw zat bij z'n bed. 'Het spijt me dat ik je neer moest slaan. Ik wilde geen risico lopen.' 17. De vrouw was er achter gekomen dat ook hij een ontsnapte was. Ze vertelde hem dat zij en haar zusters hier woonden. Na een tijdje kwamen ook de andere vrouwen thuis. Ze besloten dat hij wel bij hen mocht wonen zo lang. Maar hij vertrouwde het niet helemaal. Hij wilde niet het slachtoffer worden van iets nieuws. De vrouwen gedroegen zich vreemd. Toen hij vertelde dat hij liever verder het bos in wilde greep één van de vrouwen een wapen, en richtte het op hem. 'Er gaat hier niemand weg,' zei de vrouw. 'We kunnen jouw veel te goed gebruiken.' Hij vroeg zich af waarvoor. 18. Hij had nog steeds erg veel pijn in zijn hoofd, en ging weer liggen. Eén van de vrouwen haalde wat water voor hem. Midden in de nacht werd hij wakker, maar merkte dat de vrouwen hem met riemen aan het bed hadden vastgemaakt. Wat had dit nu weer te betekenen ? 19. Hij kon maar moeilijk spreken, moeilijk bewegen, en had neigingen om flauw te vallen. Het was een soort afweer-systeem. Hij vond het allemaal best, als hij maar veilig was. Hij wist dat hij nu bij een duister genootschap aangesloten was, maar hij kon niet anders. 20. Hij moest zijn mond opendoen voor een apparaat, en er werden foto's gemaakt. Hij mocht absoluut niet agressief overkomen. De trainingen gingen nogal diep, en hadden zelfs het agressieve karakter waar hij altijd zo bang voor was geweest. 30

31 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication