371

24. 'Heiligschennis !' bulderde de hoofdman. 'Hoe durf je te zeggen dat ons heilige boek nog niet af is. En hoe durf je te zeggen dat jij de schrijver van het heilige boek bent ?' 25. 'Omdat het zo is. De oude barbaar moet het gestolen hebben, en gezegd hebben dat hij het eeuwige boek zelf had geschreven,' sprak het jongetje. 26. 'Dikke onzin, dikke onzin,' sprak de hoofdman. 'Dit is heiligschennis. Of je bent gewoon gek, krankzinnig, en denkt echt dat jij het heilige boek hebt geschreven. Ik ben veel malloten in mijn leven tegengekomen, maar jij bent wel echt de zotste van allemaal. En dan nog al die praatjes over de Rode Zee. Er is hier geen Rode Zee.' 27. 'Je kunt alleen de Rode Zee zien als je de kaart van de Rode Zee hebt,' sprak het jongetje. 28. 'Wat ?' lachte de hoofdman. 'Wat is dat voor grote onzin. Geef hier die kaart dan.' 29. 'Ik kon het alleen maar voor mijn drie vrienden en mezelf gebruiken,' sprak het jongetje. 'Het moest eerst getest worden door een standbeeld van een eekhoorn.' 371

372 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication