377

59. Hij had de kaarten moeten lezen. Niemand wist waar hij nu naartoe zou gaan. Ze leken hem kwijt te zijn. Het jongetje boog zijn hoofd. Voorzichtig liepen ze naar de kaartenbrug, vol verdriet over hun verloren vriend. 'Komt hij nog terug ?' vroeg het jongetje. Niemand antwoordde. 'Hij had de kaarten moeten lezen,' sprak één van de anderen. 60. Ze keken naar de kaarten die in een bepaalde volgorde lagen. De kaart van de sleutel was de derde kaart van de kaartenbrug, waar ze dus nog niet konden komen. Die kaart kon de tijdsvolgorde, de chronologie van dingen, en de ruimtelijke volgorde van dingen veranderen. Maar de kaart lag verder weg op de brug. 61. De vijfde kaart was de kaart van de verloren vriend. Ineens was de verloren vriend weer terug. Ze waren allemaal dolgelukkig. 'Waar was je geweest ?' vroeg het jongetje die direct de verloren vriend omhelsde. 'Onder de Rode Zee, waar ik in slaap viel. Ik kan me er niet veel van herinneren,' zei de verloren vriend. 62. 'Onder de Rode Zee is het rijk van slaap,' sprak de verloren vriend. 63. 'Blij dat je weer terugbent,' sprak één van de anderen. Weer een andere knikte glimlachend en instemmend. 377

378 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication