387

36. Ze is snel boos, Ik ben jong, en zij is sterk, Nee, ik kan haar nooit vertrouwen 37. Zie de nachten die zij brengen, Zie hoe zij de koningen bespotten, Het was een val, Zij is de schrik 38. Wanneer de zee inzet, zal het zout geen medicijn wezen, De zwarte terreur is in hun ogen, Een spuitende macht van de dood, En dan zal alles ophouden, De nachtmerrie draait de dag, En ze zullen alles verkeerd begrijpen, Door een kus zul je binnengaan, En dan zul je sterven 387

388 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication