500

bevrijden,’ zei een stem. Wie waren zij ? Plotseling waren de electroden van zijn hoofd geheel doorgebrand, en hij kon zijn hoofd goed bewegen, alhoewel op zijn gezicht nog steeds electroden waren. Hij haalde adem, en het voelde prettig aan. Hij was de melkerij zat, en hoopte dat zijn bevrijders snel klaar waren. Een klein blauw straaltje maakte de electroden van zijn gezicht los, en een rode straal maakte verder alle electroden van zijn verdere lichaam los. Een levensvuur kwam in hem binnen, sprankelend, en hij voelde zijn bloed weer stromen. 33. Ook kwamen er wat lasers die de banden losbranden, en de draden waaraan hij vastzat. Het draad dat door zijn hele lichaam heenzat werd er langzaam uitgetrokken. Hij hoorde zachte sirenes in zijn hoofd, die het levensvuur van binnen op een prachtige wijze aanwakkerden. De tonen voelden prettig aan, als levengevend. Hij kon weer diep ademhalen, en weer helder nadenken. Plotseling begonnen de muren naast hem weg te smelten, en de lasers lieten hem een pad zien. Hij was nu los en rende achter de lasers aan. Waar kwamen die lasers toch vandaan, en wie waren ze ? 34. Niet lang daarna was de man in een andere wereld. 35. Nu de man vrij was voelde hij zich goed. Er waren hier prachtige bossen. En door de nieuwe ogen kon hij nu zoveel meer straaltjes zien. De lucht was vol met straaltjes, de straaltjes die hem eens gered hadden. 36. Wat had het halssnoer met hem gedaan ? En wie was de verstrekker van dat halssnoer ? In het halssnoer was een traan in een steen. 37. Zou hij nog een keer mogen kiezen om het halssnoer wel of niet te dragen, dan zou hij het niet weten. Want wat zou er zijn gebeurt als hij het halssnoer niet zou hebben aangenomen. 500

501 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication