534

5. Hij ging op een bootje over de ijsrivieren, op zoek naar meer kennis, meer inzicht, in dit grote kwaad. Het leek op een web van nachtmerries, en bedrieglijke dromen lokten slachtoffers hiervoor. 6. Tijd is maar een leugen, In het beste geval een metafoor, Om te laten zien dat de halsketting vele stenen heeft 7. Ze hield de spiegel in haar hand. 'Dit heeft jou getrokken,' sprak ze. 'Je bent nu in mijn dromen. Ik heb vele gezichten. Hiermee kon ik je roepen. Je kon deze roep niet tegenhouden.' 8. Ik vaag altijd weg als een hand mij grijpt, tot waar ik dans. 9. Ze liet de spiegel uit haar hand vallen. De scherven van de spiegel was alles wat ze voor hem achterliet. 10. Hij raapte de scherven bij elkaar. Hij wilde alles weer achterlaten, want het deed teveel pijn. Hier waren al zijn herinneringen. 534

535 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication