187

> de rust van de ziel en het eeuwige leven. Dit is wat we noemen ‘de prinses van de dordtse leerregels,’ zowel in goede als in slechte zin. Zondag 5 van de catechismus stelt dat de mens niet zelf zomaar tot de gerechtigheid kan komen, maar door andere middelen, want er is zoveel valse gerechtigheid. Er moet dus eerst getoetst worden en gekomen worden tot de ware principes om tot de gerechtigheid te naderen. Zo kan de ziel tot rust gevoerd worden en tot eeuwig leven, als eeuwig vruchtbaarheids-principe, iets in de natuur. Geloof kan al snel misbruikt worden, als men geen zuiver begrip heeft wat het ware geloof is. Het ware geloven is de hemelse zwakheid die nodig is voor het toetsen, opdat men niet in sterkte en hardheid naar het vlees kan grijpen. Het gaat om het komen tot de eeuwige sabbath door het toetsen, niet zomaar geloof. Het toetsen gaat alleen in volharding, waarvan het dochterschap een beeld is. Alles wat daarbuiten valt zijn slechts de machten van pensionering, van dochters die het prinsessenschap grijpen zonder principes. Het loopt er langs. Het is tegendraads naar het hemelse, stijfkoppig naar het hemelse, want het is vleselijke pensionering. Het drijft de spot met het hemelse. DL 3+4:7 > Deze verborgenheid van zijn wil heeft God in het Oude Testament > aan weinigen bekend gemaakt, maar in het Nieuwe Testament > (nu het onderscheid tussen de volken is weggenomen) > heeft Hij haar aan meer mensen geopenbaard. > De oorzaak van dit verschil in bedeling > moet niet hierin gezocht worden dat het ene volk waardiger > is dan het andere volk of in een beter gebruik van de natuur, > maar in het geheel vrije welbehagen en de onverdiende > liefde van God. Daarom moeten zij aan wie zonder, > ja tegen al hun verdiensten in, zo’n grote genade te beurt valt, > haar met een nederig en dankbaar hart erkennen; > maar in de anderen, wie deze genade niet te beurt valt, > moeten zij – met de apostel –

188 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication