44

is dus een geestelijke oorlog, een studie-opdracht. Dit beest houdt belangrijke manuscripten verborgen. Die zijn belangrijk om verder te komen. Het zijn orakels. Het beest vreest dat de mens deze orakels vindt. Hiertoe moet de mens van Nederland tot het Rodenbergse Nederland gaan, oftewel het pastorale, geestelijke, hogere Nederland, om zo verlost te worden van het vleselijke, lagere Nederland. Dat is een doortocht door het riool. De mens zit diep opgesloten en wordt vastgehouden door de genesis matrix. Dit is een zwaar giftige matrix die de mens aan de drugs houdt, hormonale drugs, en waardoor de mens in zware wanen, psychoses, ook massa-psychoses leeft. De mens ziet het dan niet meer helder, en wordt afgeleid, zoals de danaiden in hun putten. Het gaat om de natuurreligie. Dat wat ze God noemen is dus gewoon de natuur, moeder natuur. Wordt dus ook een natuurmonnik om je goed aan de regels van de natuur te houden, daar streng gedisciplineerd in te worden, stoicijns. Zo kom je dieper de natuur in. Ik droomde over de Orionse natuurmonnik koren, die in stoeten zo dieper de wildernissen inkonden. Dat is de sleutel en de weg tot het Rodenbergse Nederland. Dat is het schip, de vissersboot, want de rest zal vergaan, het vleselijke zal afvallen als een kleed. Neem afscheid van het vleselijke Nederland. Ga geen handjes schudden, want dan nemen ze je alsnog mee. Die hand die je uitsteekt laten ze niet meer los. Geef ze geen vinger meer, alleen de middelvinger. Ren weg, neem afstand, ga het schip op. De Rodenberger monniken gaan terugkomen. Dat moet wel, want zij dragen de sleutels tot moeder natuur. Zij hebben geen compromissen gesloten met de wereld. hoofdstuk 38 de nieuwe genesis – de komst van het boek behemma – een nieuwe dag met behemma – een nieuwe bedeling Ik liep door de tuin. De wind blies zachtjes in mijn gezicht. Ik was op zoek naar iets speciaals, iets dat ik nooit zou vergeten. Ik keek in de verte naar de mozaïek-ramen van de kerk. Ik zag een gezicht van achter het mystieke raam naar me zwaaien. Ik rook een zachte adem van rozen en narcissen, en ik liep door de tuin, naar de kerk ernaast. Ik ging het portaal binnen en vroeg me af wie ik daar zou ontmoeten. Deze kerk vertegenwoordigt de vrije, hemelse fontein, die in ieders hart leeft, als men daarnaar wil leven. Sommigen zullen dichter bij deze fontein komen, anderen zullen het meer en meer verlaten. Behemma 1:1-7 Zo begon het allemaal. Zo begint ook het boek Behemma, de nieuwe Genesis. Het is een nogal sprookjesachtig begin, maar verderop in het boek wordt dat voorhangsel weggeschoven. Na deze teksten wordt er direct al een probleem besproken, wat eigenlijk al in vers 7 begon : ‘Sommigen zullen dichter bij deze fontein komen, anderen zullen het meer en meer verlaten.’ Dat is een reeel

45 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication