77

hoofdstuk 65 tot inzicht komen Ze houden zichzelf voor de gek dat Jezus de zonden wel even wegneemt. Dat is allemaal bijgeloof, en ze gebruiken dit als excuus om gewoon lekker door te zondigen. Allemaal leugens, allemaal menselijke overleveringen en tradities. Je moet de zonden namelijk overwinnen, en tot inzicht komen. Niets komt vanzelf. Groeien in kennis, en zo tot de waarheid komen, en los te komen van leugens. hoofdstuk 66 De tocht van Odysseus in de tachtiger jaren Het is een zware strijd tegen de nephilim, de gevallen valse mannelijkheid van het oervlees, van de oerzonden, wat altijd weer wil pronken met zijn hersenloos vlees. Het is afkerig aan de hemelse kennis, heeft het geestelijke verloochend. Misschien ken je het wel. Daarom kwamen er in de tachtiger jaren de twee grote dichterlijke natuurverschijnselen van een meer ingetogen mannelijkheid die in balans was met vrouwelijkheid, in de vorm van Michael Jackson en Prince, die de jeugd moest beschermen tegen de opkomst van de nephilim, zoals in de dagen van Noach. Zij predikten de boodschap van liefde en vegetarisme, de schoonheid van het hemelse Woord, in proza. Ja, het waren prozaische verschijnselen van de literatuur. Ik ben zo blij dat wij mee werden gesleurd met muziekbladeren, met dichterlijke kunst, in plaats van vuile, hersendode, zieldodende bladen van de nephilim zoals Men’s Health. Altijd weer protsen de nephilim met walgelijkheden en gruwelijkheden om het innerlijke kind te doden, en altijd weer rennen er kleine repelsteeltjemannetjes met stropdasjes omheen om er een markt van te maken. Het is een mentale ziekte. Maar nog erger : het is het afschuwelijke beest van de oerzonde die het smalle pad niet wil begaan, en zoveel mogelijk probeert mee te sleuren op het pad naar het verderf, wat een heilloze weg is. Daarom was ik blij met Prince en Michael Jackson, als engelen gegeven door de Heer in die moeilijke tijd van de tachtiger jaren, het opgroeien tussen zoveel gevaren. Zij lieten het Woord zien, niet het opgeblazen vlees, en veel jeugd werd zo bewaard tegen de om zich heengrijpende zee van de oerzonde. Er werd een ark gegeven in de tachtiger jaren door deze dienstknechten van de Heer. Het was veel groter dan henzelf. Het was iets universeels, iets globaals, iets hemels, waar ze ook altijd op wezen. Ze hadden een gave en deelden die met anderen. Het was als een openbaring. Het heeft mij altijd geinspireerd, tot de dag van vandaag, heeft altijd aan mijn zijde gestreden. Prince kon je niet in een hokje stoppen. Hij sjokte niet met de massa mee. Hij was anders, kwam van een andere wereld. Hij predikte dat sexualiteit iets geestelijks was, onze relatie met het goddelijke, niet iets goedkoops. Hij had iets ongrijpbaars. Hij was niet cliché. Hij was als Odyseus die zichzelf aan de mast had gebonden met was in zijn oren om niet ten prooi te vallen aan de verleidingen van de sirenen. Zo zie ik Prince. Hij hield vast aan het eeuwige touw, terwijl anderen

78 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication