11

naar huis gegaan om verder te studeren in de boeken, en om naar de boekkaars te luisteren. Er was ook een bibliotheekje dichtbij waar een heleboel boekkaarsen stonden. Ook daar ging hij vaak naartoe. Hij moest veel weten van hoe de waarheid werkt, maar ook hoe de leugen werkt. Op een dag werd er aangebeld. Remio deed open. Het was de vrouw in het wit met haar dochter. Remio was erg verbaasd en verrast. 'We willen je een rondleiding geven in de tuin van de waarheid,' zei de vrouw in het wit. 'Het is te prachtig,' zei Remio. 'Ik ben bang dat ik het niet aan zal kunnen.' 'Er is een bepaald pad voor beginners,' zei de vrouw in het wit glimlachend. 'En wij zijn bij je,' zei de dochter van de vrouw glimlachend. 'Goed dan,' zei Remio. Toen liep hij met hen mee. Het was lang lopen, maar ze maakten een omweg. Ze zouden door een andere ingang gaan, een beginners ingang. Bij het hek stond een hele lange boekkaars, als een soldaat. 'Halt,' zei de soldaat, die ook een speer vasthield. 'Uw kaartjes.' De witte vrouw glimlachtte. 'Ik ben de waarheid, en dit is mijn dochter,' zei ze, 'en hij is onze gast, een beginner.' 'Kan wel wezen,' zei de boekkaars, 'maar ik wil toch jullie kaartjes zien, anders komen jullie er niet in.' 'Heel goed, mijn waakzame wachter,' zei de vrouw in het wit. Ze liet hem toen drie kaartjes zien, die hij begon te knippen als een conducteur. 'Zonder kaart geen taart,' zei hij. 'Zo is het,' zei de vrouw in het wit glimlachend. 'Ik ben trots op je. Mede door jou blijft alles veilig.' 'Er wil teveel gespuis naar binnen tegenwoordig,' zei de boekkaars streng, 'en ze zijn heel goed in vermomming en bedrog.' 'Zo is het,' zei de vrouw in het wit. 'Je hebt je werk weer goed gedaan.' Toen gaf ze hem een medaille. 'Weer eentje er bij voor jou,' zei ze glimlachend. 'Koop er maar wat moois voor. Je verdient het.' 'Zal ik doen, mevrouw,' zei de boekkaars stralend. Toen liepen ze de tuin in, de vrouw in het wit, haar dochter en Remio. Het was prachtig weer. 'Dit is dus het beginners pad,' zei de vrouw in het wit tegen Remio. 'Het wordt streng bewaakt zoals je ziet. Alleen de leergierigen mogen hier komen. We kunnen hier niet blijven. We moeten nu dieper de tuin in, want de tuin accepteert geen rondhangers. Het is voor reizigers, niet voor rondhangers. Als je stopt of niet snel genoeg gaat, dan zal de grond je opslokken. De tuin van de waarheid houdt niet van treuzelaars.' Ze moesten dus stevig doorlopen, anders zouden ze in de problemen komen in deze tuin. 'Daarbij wil ik ook zeggen dat je zeker niet te snel kunt gaan. Ga niet zomaar rondrennen, want ook dan slokt de grond je op.' De schrik sloeg Remio om het hart. 'Wat moeten we dan doen ?' vroeg Remio bijna in paniek. 'Hoe weten we of we te snel of te langzaam gaan. Dat is toch bijna onmogelijk ?' 'Niets is onmogelijk bij de waarheid,' zei de vrouw in het wit glimlachend. 'En daarom zijn wij ook

12 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication