28

Hij merkte dat hij hiertegen geen weerstand had. Het maakte hem ziek. Ze was een negatieve invloed op hem. Hij las het hele dagboek uit tot aan het einde. Hij was er erg trillerig door. 'Zoveel negativiteit in één boek,' zei hij. 'Een mens moet er maar tegen kunnen.' Hij legde het dagboek weer weg en ging de kamer uit. Hij had zijn portie weer gehad. Ditmaal bleef het erger dan ooit aan hem knagen. Hij besloot haar maar zoveel mogelijk proberen te ontwijken. Toen ze thuiskwam keek ze hem weer vreemd aan. Hij durfde zichzelf niet te verraden. 'Ik ga maar weer eens naar mijn kamer,' zei hij. 'Ik ben er net,' snauwde ze, 'en nu moet je alweer weg ? En waarom tril je zo ?' 'Hyperventilatie,' zei hij. 'Van de oorlog ?' vroeg ze. Hij knikte. 'Je kan niets hebben,' zei ze. 'Je bent zwak.' 'Bedankt voor je hulp,' zei hij. 'Voor je vriendelijke woorden ook.' 'Wat bedoel je ?' snauwde ze. 'Nou, gewoon, de manier waarop je voor me zorgt en altijd mijn preken netjes naar de kerkeraad brengt. Je 28

29 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication