gebouwd zouden worden. Het veld zou tussen de looppaadjes achter de achtertuinen komen te liggen, waar kinderen zouden kunnen spelen. Ik vroeg me af waarom Utrecht niet gevallen was. In mijn gedachten hield ik de jongen genaamd Utrecht, die uit de toekomst kwam, vast. Ik had mijn hoofd tegen zijn borst aangelegd, maar plotseling merkte ik dat hij slechts een standbeeld was. Het was als een droom. Ik herinnerde zijn woorden : 'We weten niet hoeveel tijd we hebben. We zijn mechanisch opgeladen, en het kan elk moment weer afgelopen zijn, want we hebben beiden lekken, en onze apparatuur werkt nog niet optimaal. Dit is alles wat we hebben.' De jaren 1940-1945 waren vrouwen die op beesten reden. Ik had niet meer het gevoel dat ik in één realiteit leefde. Hier liep alles in elkaar over. De stad Utrecht was als een grote bibliotheek met boeken. Tevens was dit 115
116 Online Touch Home