22

kamp, want zijn ouders waren immers handelspartners, collaborateurs. Toen zijn ouders waren thuisgekomen en het hoorden waren ze diep geschokt. De psycho-dentists van de psychiatrische kliniek zeiden dat hij waan-ideeën had over tijdmachines en de planeet Sobibor, waarvan ze zeiden dat het niet bestond, en ze hadden hem zware medicijnen gegeven, waar hij heel moe van was geworden. Hij lag vaak in bed. Gelukkig had hij zijn kettinkje nog wel, en het apparaatje sprak nog steeds tot hem. Op de afdeling zat ook een meisje waar hij bevriend mee raakte. Haar ouders waren ook collaborateurs. Zij vond zijn verhalen over de tijdmachine en de planeet Sobibor interessant, en vond beslist niet dat hij gek was. Hij zei telkens weer dat de tijdmachine kunstmatige intelligentie bezat, en dat het zichzelf zou ontwikkelen, en zou 22

23 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication