53

Hoofdstuk 3. De zwarte hond Zwart is het water in de nacht, Waar de varkens van geweld toe snellen, Om honden te worden aan de overkant van de rivier, En dan mens als roversloon. Zwart is het water in de nacht, En zwart is het gezicht van de tovenares, Zij die dit alles oprichtte, Om de laatste jager te doen ontwaken. Er verscheen beeld en wat boodschappen nadat de jongen een tijdje had gesleuteld aan de tijd machine. Op het grotere scherm onder het kleine digitale scherm verscheen het gezicht van een donkere vrouw. 'Wie bent u ?' vroeg de jongen. 'Het is Sobibor,' zei de man, 'de tovenares van de planeet.' Toen vervaagde het beeld weer. Weer begon de jongen te typen om contact te 53

54 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication