altijd ergens anders naartoe gaat. Je komt dus nooit aan op de bestemming, maar altijd op iets beters.' 'Hoe weet je dat ?' vroeg de jongen. 'Test het maar uit,' zei de zwarte hond, lichtelijk grommend. 'Er moeten dus panoken zijn tussen jou en panoeken, want anders gaat het verkeerd. De panoken zijn je levensvoorwerpen, je levensinstrumenten.' 'Ik moet dus leren minder persoonlijk te denken en meer voorwerpelijk ?' vroeg de jongen. Maar de zwarte hond was alweer weggevaagd. 'Ik maak contact met de panoken,' zei de jongen, 'mijn levens-voorwerpen. Ik kan alleen met de panoeken omgaan door de panoken, maar niet teveel. Ik neem aan dat ik ook niet teveel met de panoken mag omgaan ? 'Uiteindelijk gaat het om de principes, iets wat nog dichterbij ligt,' brulde de hond, die weer was teruggekomen op het 69
70 Online Touch Home