23

Niet lang daarna ging de liftdeur open, en we stapten uit. Het was hier erg donker. "Even doorlopen," sprak het boertje. We liepen naar voren totdat we bij een struikje aankwamen. Verderop waren er steeds meer struikjes, en in de verte stond een lantaarn. "Waar zijn we ?" vroeg ik. Maar het boertje zei niks. We liepen door totdat we bij de lantaarn waren aangekomen. We waren nu aan de rand van een weg. We moesten de weg oversteken en kwamen toen bij een weiland aan. "Of moeten we weer naar een boerderijtje ?" vroeg ik. "Nee," sprak het boertje, "naar een stationnetje dit keer." We moesten het weiland over, en toen kwamen we aan bij een heel klein stationnetje. Achter het stationnetje waren ook weer weilanden. Het stationnetje was goed verlicht. Er stonden hier en daar wat lantaarnen. We moesten op een trein wachten. "Waar gaan we naartoe ?" vroeg ik. "Dat zul je wel zien," sprak het boertje. Na een tijdje kwam er een trein, en we stapten in. Ik ging tegenover het boertje in een coupé zitten. De trein stopte na een tijd bij een vechtsport school. We stapten uit, en buiten stonden wat kinderen. Ze 23

24 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication