Dus je kan het ook vergelijken met bijvoorbeeld een noemer van een organisatie, dat dat ook weloverwogen is gekozen en niet zomaar iets, en dat je dan die bedieningen trap in oog moet houden, want ja, het zijn allemaal deelwaarden, maar het gaat even om het geheel. Waar gaat het nu om, heel specifiek ? Dat er balans in komt, als een samenvatting, en dat je niet helemaal ergens gaat inbakken, want het wachterschap moet je niet overmatig benadrukken, want dan zouden we onszelf telkens wel wachter kunnen noemen of beheerder of administrator of wat dan ook, dus ja, je bent dat dan wel, maar je hebt richting nodig. Pas op met het wachtersschap, want dat is gewoon een startpunt, maar je moet jezelf meer specificeren, anders groei je ergens vast, dus die nomadische factor moet je dan ook niet vergeten, dus eigenlijk ook in de zin van de goede herder die dan de schaapskooi ‘verlaat’ om het verloren schaap te vinden, wat in principe gewoon beeldspraak is over het onderwijs, en dat wil dan niet zeggen dat hij dan de schaapskooi aan hun lot overlaat, maar juist is hij nog wel meer wachter en beschermer door dit principe omdat hij juist naar de diepere lagen gaat, terwijl als hij was ‘gebleven’ dan zou het tegen hen keren. Dus het woordje wachter of beheerder kan bij overmatig gebruik dus averechts werken en dat je dan in slaap valt, dus het gaat over die limieten weer, over dat ‘ambt’, dat je juist veel meer moet loslaten en dingen anders en dieper benaderen, zodat het niet te zwaar op de hand wordt, zodat het niet allemaal overmatig gaat ‘verambten’, gaat dichtgroeien, want dan wordt je getraceerd. Het gaat dus meer om het kameleon-principe en harlekijn-principe dat je niet teveel op een deelwaarde gericht bent, en het is belangrijk om de hogere taken te zien. Meer vanuit groter geheel werken en denken, dus weer die woord-context Werklust is dus goed, en een zekere bewaarlust en bewaaklust, maar je moet heel erg oppassen met ambtslust dus dat het te nauw gaat worden, te ‘plaatselijk’, want dan wordt je vastgezet. dat is dus dat hele inbakken en opgebakt worden, want dan wordt je een soort peperkoekman voor hooggeplaatsen, koningen enzo, dus die ambt-stof waar dat verhaal over gaat is gevaarlijk, overmatig ambt. Het is dus een stof wat ze in de stad gebruiken om de groenten mee te bespuiten, dus mensen denken dan : ‘ja, lekker, groenten, zo gezond, goed voor je, om die en die en die reden,’ terwijl het bespoten groente is, dus gemanipuleerde groente, hoeveel smoesjes ze er dan voor hebben, dus weer die toneelspelers uit dat verhaal. Het is het opvoeren van een bepaald kunstje (one trick donkey) maar het mist dan diepte en ook leven, dus ja, dan kom je op een punt van : ‘waar doe ik het voor’, en dan is de oplossing alleen in de diepte te vinden, dus naar de werkgever gaan voor richting, naar het uitzend bureau voor logistiek werk, en dan goed op de rails komen. Dat is dan ook de strijd tegen de ambtsafgod, de ministry idol. De ambtsafgod laat mensen vleselijk
160 Online Touch Home