283

meisje er zo dankbaar voor was dat ze het meisje een sieraad gaf. ‘Als je erover wrijft, dan verander je in een vogel,’ zei het oude vrouwtje. Het oude vrouwtje ging weer terug naar het keukentje, en het meisje wreef over het sieraad om in een vogel te veranderen. Het meisje wilde altijd al vliegen, en ze vloog over de zee en terug. Na een tijdje vloog ze door de lange buis om het oude vrouwtje te bezoeken. Het meisje had eigenlijk nog nooit de grote beesten gezien. Ze moest vroeger alleen koken en het voedsel door een raampje schuiven. Maar nu was ze klein genoeg om zelf door het raampje heen te gaan. Hier kwam ze op een klein balkonnetje waar een heleboel andere vogels waren, groten en kleinen. In de verte waren de grote beesten, waar de vogels altijd het voedsel naartoe brachten. Dan moesten ze eerst over een heel diep en groot ravijn vliegen, want de beesten waren op een soort eiland. Nu kon het meisje zelf eens wat voedsel naar de beesten brengen. Ze kreeg een mandje mee, dat ze in haar snavel kon houden. In het mandje waren wat appels, wat druiven, en wat pastei. Om alles te bedekken werd er een doek overheen geschoven. Het meisje keek haar ogen uit. Na een tijdje ging ze weer terug. In het torenkamertje lag nog steeds het sieraad. Even wreef ze er met haar vleugel overheen, en veranderde weer in een gewoon meisje. Op een dag wilde de koning haar zien, en het meisje nam haar sieraad mee. Het meisje vertelde alles wat ze had meegemaakt aan haar vader, en over haar liefde voor de grote beesten. De koning pinkte een traantje weg, en sprak : ‘Die grote beesten zijn jouw eigen broers. Een boze heks heeft hen eens betoverd.’ En toen vertelde het meisje over het sieraad waarmee ze in een vogel kon veranderen. Zo zouden de grote beesten ook in vogels veranderen als het sieraad over hen heengewreven zou worden. De koning vond het een goed idee, en het meisje wreef even over het sieraad heen, veranderde in een vogel en nam het sieraad mee naar het vogelbalkonnetje. Met het sieraad vloog ze heel dicht naar de grote beesten toe, en wreef met het sieraad over hun huiden heen. Direkt veranderden ze in vogels, en in een grote zwerm vlogen ze terug over het grote ravijn heen. De koning was erg blij toen hij de vogels zag, maar het waren nog steeds geen prinsen. ‘Oh, maar dat is heel eenvoudig, vader,’ zei het meisje dat inmiddels weer een meisje was geworden. Ik wrijf gewoon nu de vogels met het sieraad. Kort daarna stonden er een heleboel prinsen voor de koning. De koning omhelsde ze één voor één, en ook het meisje viel haar broers één voor één in de armen. Tot zover het sprookje. Het is dus heel shamanistisch, en gaat ook over de jaren 1800 waarin de kruisgezinden de voorvaderen bezochten om die verder te helpen, want de modernistische

284 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication