7

"Heb je me nu alweer wakker gemaakt ?" vroeg de zwarte vrouw. "Ik wreef alleen maar over wat zwart goud, is dat zo erg ?" vroeg San Pedro. Een klein straaltje melk begon uit het zwarte goud te komen. "Mijn geheim !" riep de zwarte vrouw verschrikt. Plotseling kwam Tereder's moeder zijn kamer binnen. "Wat ben je daar aan het lezen, Tereder ?" vroeg ze. Ook zag ze toen het schilderij van de zwarte vrouw die hij had gekregen. "Het is het zwarte geld, mama," zei Tereder. Zijn moeder liep naar hem toe en nam hem in haar armen. Ze pakte zijn boek en sloeg het ergens open. Ze begon het hardop te lezen : "De bekering. Wil je het geheim van het zwarte geld kennen ? De rode kerk en de vliegende olifant zullen je nooit vragen je tot hen te bekeren, maar ze zullen zich bekeren tot jou, wanneer je de waarheden van het heilige boek hebt ontvangen." Moeder begon te glimlachen. "Leuk verhaaltje, hè ?" sprak ze. "Je vader en ik zijn er heel vroeger eens één keer in zo'n rode kerk geweest, maar omdat ze hun eigen principes niet naleefden zijn we daar ook weer weggegaan." Tereder hield zijn moeder stevig vast. Hij keek naar de letters van het boek. Het waren sierlijke letters met prachtige plaatjes, zoals in zijn dromen. "Maar dan kunnen wij het toch beter doen, mamma ?" vroeg Tereder. Hij kuste zijn moeder. "Ik bekeer mij tot jou," sprak hij, "tot jouw wijsheid en inzicht, tot jouw kennis, zoals de vliegende olifant zich tot mij heeft bekeerd." Moeder glimlachte. "Ik was al bekeerd tot jou voor je geboorte. Ik wist altijd al dat je een bijzonder kind was," sprak ze. "Misschien kunnen we dan een echte rode kerk bouwen, mamma ?" vroeg Tereder. "Schat, het is een verhaal, een geheim," sprak moeder. "En ik denk nu dat je het geheim hebt gezien. Het zal komen tot degenen die zekere waarheden hebben ingezien." Einde Uit : De Olifant vertelt, uitgave : coab ________________________________ JONATHAN URSHE - TERUG NAAR KLAAS VAAK HOOFDSTUK 1 DE GESTOLEN TOVERSTAF Jonathan Urshe zat met Jasmijn in zijn tuintje te lezen. Er stonden weer veel vervelende dingen in de krant, en ze moesten snel naar binnen, want het begon een beetje te regenen. Jonathan zei tegen Jasmijn : 'Jasmijn, ik lees liever een goed boek dan de Windenkrant. Wat een nare dingen staan daar toch vaak in. Kunnen ze niet wat leukers bedenken ?' Jasmijn knikte. Jonathan liep naar de grote boekenkast in de huiskamer, en begon de boeken te bekijken. 'Welk boek zal ik eens nemen ?' zei hij zachtjes. Er stonden allerlei boeken tussen : boeken over scheepvaart, boeken over de natuur, over dieren, insecten, en ook een boek over Klaas Vaak. Jonathan begon direct te lezen. Het was al zo lang geleden dat hij in dit boek had gelezen. Klaas Vaak had gouden toverstaven waarmee hij met arenden kon spreken. Arenden zijn hele grote vogels. Klaas Vaak gebruikte ze vaak om dromen rond te brengen. En als iemand dan droomde, dan werden de toverstaven steeds langer, om de dromen langer te laten duren. De gouden toverstaven hadden allerlei kleuren : Er waren groenen, roden, gelen en blauwen. Maar op een dag was Klaas Vaak zijn toverstaven kwijt. Iemand had ze gestolen. 'Bah, wat een naar boek,' zei Jonathan tegen Jasmijn. 'Iemand heeft de gouden toverstaven van Klaas Vaak gestolen, en dat is meteen het einde van het boek.' Maar Jasmijn zat te slapen op haar stoeltje. Jonathan dacht : 'Eigenlijk zou ik die arme Klaas Vaak best willen helpen.' En hij besloot op reis te gaan naar Klaas Vaak. Hij schreef een briefje aan Jasmijn dat hij op reis zou gaan naar Klaas Vaak om hem te helpen. Hij had wel eens vaker zulke briefjes aan Jasmijn geschreven als hij weer eens op reis moest. Jasmijn vond dat altijd wel best, want Jonathan kwam altijd weer met verhalen thuis. Het was een lange reis door een konijnenhol, maar gelukkig nam een konijntje hem op de rug. Aangekomen bij Klaas Vaak moest hij door een rode deur. Het was hier wel veranderd, zeg. Een keer eerder was hij hier al geweest, maar dat was heel lang geleden. Klaas Vaak was blij om Jonathan te zien. Jonathan zei dat hij het zo vervelend vond dat het boek slecht afliep. Klaas Vaak glimlachte : 'Als het boek goed zou zijn afgelopen was je nooit gekomen. Inmiddels hebben we vele staven weer teruggevonden, want de dief liet ze vallen terwijl hij wegvluchtte. Maar er is één rood gouden toverstaaf die we nog missen. Zou jij die voor ons kunnen zoeken, Jonathan ? Het enige wat we weten is dat de dief in een oosters paleis woont. Wij hebben een afgescheurd kledingstuk van hem gevonden, wat van een oosterse prins was.' Dat zou een lange reis worden, en hoe zou Jonathan ooit kunnen weten in welk paleis hij moest zijn ? Jonathan vroeg of hij het afgescheurde kledingstuk van de prins mocht zien. Toen hij het in z'n handjes kreeg glimlachte hij. Het merk was van een peperdure kledingmaker die hij wel kende. Deze kleermaker

8 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication