24

de provincies Wat speelt er in Gelderland en Utrecht? ‘Gemeenten zien nu ook de gezonde bedrijven’ Wat zijn de belangrijkste issues op het gebied van recreatie en toerisme in de provincies? En hoe gaan de HISWA-RECRON-regiomanagers daar mee om? In een reeks artikelen zoomen we in op telkens twee provincies. Het zesde en laatste deel in de serie: Gelderland en Utrecht. Tekst: Jaap van Sandijk Foto’s: Utrecht Marketing, Wanda van Eck Natuurgebieden, historische steden, kronkelige riviertjes en fraaie kastelen. Gelderland (de grootste provincie van Nederland) en Utrecht (de op één na kleinste provincie) hebben de bezoeker heel wat te bieden. En dat valt in de smaak, zo blijkt uit het CBS Vakantieonderzoek. Dat wees uit dat Gelderland in 2021 opnieuw de populairste bestemming voor binnenlandse vakanties was. Ook Utrecht doet het goed. De centraal gelegen provincie ontvangt steeds meer bezoekers. De toeristisch-recreatieve sector is wat betreft werkgelegenheid de snelst groeiende in Utrecht. Maar er zijn ook verschillen. De verblijfsrecreatie in Utrecht, met clusters in het Vecht- en Plassengebied en op de Heuvelrug, is minder omvangrijk dan in Gelderland. Er zijn minder parken waar permanente bewoning en een lage levensvatbaarheid speelt, zoals op sommige plekken op de Veluwe aan de orde is. “Dat is historisch zo gegroeid”, vertelt Stijn Boode, regiomanager van HISWA-RECRON in beide provincies. “Op de Veluwe zag je van oudsher veel parken met tweede huizen van particulieren, terwijl bijvoorbeeld de Utrechtse Heuvelrug sinds de opkomst van de sector meer toeristische, kortdurende verhuur heeft. Daar vind je dan ook meer vernieuwing en investeringsbereidheid.” Vitale Vakantieparken Het al meer dan tien jaar lopende programma Vitale Vakantieparken Veluwe heeft Gelderland veel goed gedaan. Het voorkwam het afglijden van minder vitale parken en ruimt de ‘rotte plekken’ op. “Ondertussen heeft het succes van dat programma geleid tot een herijking van de héle sector”, zegt Boode. “Gemeenten kijken inmiddels niet alleen naar minder vitale bedrijven, maar ook naar het gezonde deel van de sector. In navolging van het Veluwse programma start dit jaar in de Achterhoek een vergelijkbaar programma: Vitale Verblijfsrecreatie Achterhoek. De Achterhoekse gemeenten willen daarmee de levensvatbaarheid van de verblijfsrecreatie verder vergroten. Ook Utrecht denkt inmiddels na over het opzetten van een programma Vitale Vakantieparken Utrecht. Als regiomanager zet ik me sterk in voor de realisering daarvan. Dit Utrechtse programma gaat zich ook juist richten op het bevorderen van de kwaliteit en diversiteit van bestaande bedrijven. Verduurzaming en ruimtelijke mogelijkheden zijn essentieel om te blijven excelleren als recreatiebedrijf.” Maar hoe zit het met de groeimogelijkheden van de recreatieondernemers? Zitten die niet klem tussen stikstof en Natura 2000? “In alle regio’s is nog ruimte om kwalitatief uit te breiden, al kan dat niet overal tegelijk”, zegt Boode. “Om groei te kunnen realiseren moeten ondernemers het zoeken in kwaliteitsverbetering of in overname van agrarische grond. Soms lastig, want bestemmingsplantrajecten kunnen erg lang duren. Maar ondernemers die kansen zien én die kansen ook durven te pakken kunnen vaak nog groeien. Veel recreatiebedrijven zijn actief bezig met verduurzaming van de bedrijfsvoering en de accommodaties.” Stijn Bode Nieuwe leefstijlgroepen Ook kwaliteitsverbetering is een sleutelbegrip bij de samenwerkingsverbanden Veluwe Alliantie en Veluwe op 1, waarin ook HISWA-RECRON is vertegenwoordigd. De Veluwe Alliantie kijkt niet in de eerste plaats naar meer bezoekers, maar naar meer 24 Recreactie | 01-2023

25 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication