29

kennis delen De complexe knip bij de bouwvergunning Onlangs werd een recreatieondernemer geconfronteerd met een stillegging van zijn bouwwerkzaamheden. Dat leverde een fl inke teleurstelling en kostenpost op, maar bleek niet terecht. De complexe ‘knip’ die de Omgevingswet aanbrengt in de bouwvergunning, bleek de oorzaak. Ook de betreff ende gemeente moest uiteindelijk toegeven dat zij de wet niet goed hadden uitgelegd. Tekst: Eelco de Jong (Zypp advocaten) Foto: Shutterstock Wat was er aan de hand? De ondernemer heeft een prachtig park in het midden van het land, waar recreatiebungalows staan. Op een deel van het park wilde hij nieuwe recreatiebungalows plaatsen. Het bestemmingsplan, sinds 1 januari 2024 onderdeel van het tijdelijk deel van het omgevingsplan geheten, stond dit allemaal toe. Met de opleggers met recreatie bungalows kwam echter ook team Handhaving van de gemeente. Mondeling werd direct stillegging van de bouwwerkzaamheden bevolen. Er zou sprake zijn van een niet- vergunde bouwactiviteit. Iedereen liet het werk uit zijn handen vallen. Een fi kse domper voor de ondernemer: aannemers, vervoerder en hovenier stuurden wél een rekening. Bovendien konden de bungalows niet, zoals gepland, in de meivakantie worden verhuurd. Had de gemeente gelijk? Nee! Dat verdient wat toelichting. Als je een bouwwerk wilt bouwen – en een recreatiebungalow is een bouwwerk – heb je ook onder de Omgevingswet nog steeds een omgevingsvergunning nodig. Maar wat er is verandert, is dat je soms twee vergunningen nodig hebt. Eén voor de om gevingsplanactiviteit en één voor de bouw activiteit. Hier paste het bouwen van de recreatiebungalows in het tijdelijk deel van het omgevingsplan: voor de omgevings planactiviteit was dus geen vergunning nodig. Dat was ook niet standpunt van het gemeentebestuur overigens. Voor wie wil nazoeken: artikel 22.27 onder b van het Invoeringsbesluit Omgevingswet. De gemeente gaf toe dat de bouw onnodig was stilgelegd Technische bouwactiviteit Het gemeentebestuur vond echter wél dat een omgevingsvergunning voor de technische bouwactiviteit (waar kort gezegd getoetst wordt aan wat vroeger het Bouwbesluit heette) nodig was. De ondernemer heeft zich, gesteund door Zypp advocaten, met succes op het standpunt gesteld dat voor het bouwen van een recreatiebungalow deze vergunning niet nodig is. Kortom, er is geen enkele van de twee mogelijke vergunningen nodig. Dat volgt uit artikel 2.25 van het Besluit bouwwerken leefomgeving. Er geldt in beginsel enkel een omgevingsvergunningplicht als er sprake is van een bouwwerk met een dak dat hoger is dan 5 meter. Daar was geen sprake van. Kortom, geen vergunningplicht. Dat betekent dus dat óók geen sprake was van een overtreding en dus de stil legging ten onrechte was. Het gemeentebestuur heeft inmiddels erkend een fout te hebben gemaakt. Over de vergoeding van de geleden schade is de ondernemer nu in gesprek. 08-2024 | Recreactie 29

30 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication