22

op één lijn 39 1e uitgave 2011 Pinda-allergie komt minder vaak voor dan gedacht, maar lijkt toe te nemen Resultaten van onderzoek met huisartsenregistratie gegevens DOOR DANIEL KOTZ, SENIOR ONDERZOEKER VAKGROEP HUISARTSGENEESKUNDE Pinda-allergie is één van de meest ernstige voedselallergieën omdat het lichamelijke reacties teweegbrengt die in sommige gevallen levensbedreigend zijn. Mensen houden deze allergie vaak hun hele leven lang en kunnen al op zeer kleine hoeveelheden pinda reageren. De allergie is tot op heden niet te genezen en het beleid bestaat dan ook vooral uit het vermijden van blootstelling. Dit is echter problematisch omdat bestanddelen van pinda’s in veel verschillende voedingsproducten en ook cosmetische producten kunnen voorkomen, soms zonder dat de consument hiervan op de hoogte is. Het is daarom van belang om te meten en te monitoren hoe vaak pinda-allergie voorkomt in de bevolking. Op basis van eerdere studies wordt geschat dat ongeveer 0,4-1,9% van de jongeren onder de 18 jaar pinda-allergie heeft. Deze cijfers zijn echter gebaseerd op onderzoeken die onder andere beperkt zijn door kleine steekproeven uit een locaal geografisch gebied. Het doel van dit onderzoek was om het vóórkomen van pinda-allergie te bepalen gebaseerd op de diagnose en registratie van huisartsen in Engeland. Hiervoor maakten we gebruik van één van de grootste medische databases ter wereld: QRESEARCH. Hierin zaten gegevens van ruim 3 miljoen patiënten die geregistreerd waren in meer dan 400 huisartspraktijken door heel Engeland in de periode van 2001-2005. Pinda-allergie kwam in het jaar 2005 voor bij 0,5 op de 1.000 patiënten. Oftewel, in totaal hadden ongeveer 25.700 mensen in Engeland deze allergie. Pinda-allergie kwam het meest voor bij jongens (2,5 op 1.000) en meisjes (2,1 op 1.000) tussen de 5 en 9 jaar. In de leeftijdscategorie onder de 20 jaar waren meer mannen getroffen (1,8 op 1.000) dan vrouwen (1,4 op 1.000). Tevens bleek er een verband te bestaan tussen pinda-allergie en welvarendheid; de allergie kwam relatief vaker voor in de groep meest welgestelde mensen. Tenslotte bleef gedurende de periode van 2001-2005 het aantal nieuwe gevallen van pinda-allergie stabiel terwijl het totaal aantal mensen met een diagnose verdubbelde. Op basis van dit onderzoek, dat gebaseerd was op de registratie van huisartsen, concluderen we dat pindaallergie veel minder vaak voorkomt dan voorheen gedacht: 22 bij ongeveer 0,2% van de jongeren onder 18 in plaats van 0,4-1,9%. Ook dit onderzoek heeft echter een aantal beperkingen waardoor meer onderzoek nodig is om het ware percentage vast te stellen. Daarnaast is het nodig te onderzoeken of het aantal mensen met pinda-allergie daadwerkelijk toeneemt en waar dat aan zou kunnen liggen. Referenties Kotz D, Simpson CR, Sheikh A. Incidence, prevalence, and trends of general practitioner-recorded diagnosis of peanut allergy in England, 2001 to 2005. J Allergy Clin Immunol 2011 Jan 12. [Epub ahead of print] Voor meer informatie over Daniel Kotz, zie www.daniel-kotz.de

23 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication