3e uitgave 2014 Feminisering: 40 jaar huisartsopleiding Maastricht Toen een vrouwelijke dokter nog een noviteit was DOOR MIEKE WINTEN, HUISARTS NP EN HUISARTSBEGELEIDER COSCHAP Toen ik in februari 1978 mijn artsenbul in Utrecht had behaald, was er een wachttijd van enkele jaren voor de huisartsopleiding aldaar. Omdat mijn partner in Zuid-Limburg gevestigd was als apotheker, lag het voor de hand te gaan solliciteren voor de pas enkele jaren bestaande opleiding in Maastricht. Tot mijn grote verbazing werd ik na een oriënterend gesprekje onmiddellijk aangenomen. Ik mocht zelf kiezen in welke praktijk ik geplaatst werd en kon een week na het afstuderen in Utrecht van start gaan. Ik kwam terecht als enige vrouw in een groep van tien haio’s, die allen van verschillende universiteiten kwamen. Het was de eerste kennismaking met het gloednieuwe onderwijssysteem, groepsonderwijs en terugkomdagen met een HAB en agoog. Als opleidingspraktijk had ik gekozen voor het Gezondheidscentrum in Neerbeek, een voor die tijd zeer moderne samenwerkingsvorm van huisartsen en vele andere eerstelijns disciplines. Bij de kennismaking reageerde men aanvankelijk heel verbaasd, een vrouwelijke haio, daar hadden ze nog niet eerder van gehoord. Ik werd met de nodige scepsis bekeken zowel door patiënten als collega’s en heb meer dan eens moeten uitleggen dat ik een echte dokter was, die niet alleen vrouwen en kinderen behandelde, maar zelfs ook mannen. Mijn HAO vroeg me na enkele maanden opleiding wat ik eigenlijk van plan was te gaan doen want ‘ik was toch getrouwd met een man met een goede baan en wilde ik dan geen kinderen?’ In deze tijd waarin vrijwel alle vrouwen (zeker de goed opgeleide) werken, is het ondenkbaar dat je zou overwegen thuis te blijven, maar in die tijd waarin er een overschot aan huisartsen was moest ik zelfs verdedigen dat ik me wilde vestigen. Toen ik aan het eind van het jaar een plek in hetzelfde gezondheidscentrum kreeg aangeboden werd ik dan ook met argusogen bekeken door de vele werkzoekende mannelijke collega’s. Nu vroeg men mij juist omdat ik een vrouw was als noviteit in de praktijk die voor veel patiënten deze praktijk extra aantrekkelijk maakte. De concurrentie was groot en de collega’s in de omgeving waren dan ook niet blij met mijn komst. Voor mij was het ook best spannend: in mijn eentje met mijn Renault 4 midden in de nacht een 33 spoedvisite rijden op een afgelegen boerderij zonder communicatiemiddelen behalve de telefoon van de patiënt. Als ik dan de patiënt wilde insturen moest ik steeds weer uitleggen aan de ambulancedienst en specialist dat ik de dienstdoende arts was en niet een doktersassistente of vroedvrouw. Er was nog een complicerende factor namelijk de partner als achterwacht: welke man deed dat naast zijn eigen werk? En dit, terwijl het voor mannelijke collega’s vanzelfsprekend was dat hun echtgenote deze taak op zich nam. Ook de patiënten waren erg argwanend, maar geleidelijk aan wende het. Vooral de vrouwen die voor hun halfjaarlijkse pilcontrole moesten komen waren blij met mij. Het gaf mij de kans om in korte tijd veel patiënten te leren kennen en hun vertrouwen te winnen. Daarnaast gaf ik vaak lezingen op voorlichtingsavonden van ons centrum, op de basisscholen en voor (vrouwen) verenigingen, waardoor men meer vertrouwd raakte met de ‘vrouwelijke dokter’. op één lijn 50
34 Online Touch Home